Regen: je hebt het in alle vormen en maten en het gebeurt maar weinig dat een regenbui goed uitkomt. Toch durf ik te zeggen dat regen één van mijn beste vrienden is sinds ik op reis ben. In Midden- en Zuid-Amerika reisde ik grotendeels in het regenseizoen en ook in Azië laat de regen zich aardig gelden, alhoewel het nu het koele, droge seizoen is. In nieuwsberichten zie ik overstroomde eilanden en op forums vragen medereizigers zich vertwijfeld af of er nog delen in Zuid-Oost Azië zijn waar het wél droog is.
Maar waar ik ben, is het steeds droog. Ik verbaas me er zelf ook steeds over – overal waar ik kom geniet ik van prima weer. Natuurlijk regent het wel eens, maar niet genoeg om mijn planning door de war te schoppen of activiteiten te moeten annuleren. Vietnam was daar een mooi voorbeeld van. Reizigers die ik tegenkwam adviseerden me niet naar Sapa te gaan, want daar regende het volop. Toen wij er waren was het weliswaar mistig in de ochtenden, maar tijdens ons verblijf was het droog. De motorrit van Hué naar Hoi An konden we beter niet doen, het was absoluut een prachtige route, maar in een poncho achterop de motor in de stromende regen was geen
March 10, 2017
|
Kuala Tahan, Maleisië
Regen: je hebt het in alle vormen en maten en het gebeurt maar weinig dat een regenbui goed uitkomt. Toch durf ik te zeggen dat regen één van mijn beste vrienden is sinds ik op reis ben. In Midden- en Zuid-Amerika reisde ik grotendeels in het regenseizoen en ook in Azië laat de regen zich aardig gelden, alhoewel het nu het koele, droge seizoen is. In nieuwsberichten zie ik overstroomde eilanden en op forums vragen medereizigers zich vertwijfeld af of er nog delen in Zuid-Oost Azië zijn waar het wél droog is.
Maar waar ik ben, is het steeds droog. Ik verbaas me er zelf ook steeds over – overal waar ik kom geniet ik van prima weer. Natuurlijk regent het wel eens, maar niet genoeg om mijn planning door de war te schoppen of activiteiten te moeten annuleren. Vietnam was daar een mooi voorbeeld van. Reizigers die ik tegenkwam adviseerden me niet naar Sapa te gaan, want daar regende het volop. Toen wij er waren was het weliswaar mistig in de ochtenden, maar tijdens ons verblijf was het droog. De motorrit van Hué naar Hoi An konden we beter niet doen, het was absoluut een prachtige route, maar in een poncho achterop de motor in de stromende regen was geen
aanrader. Hoi An had een schitterend strand, maar ja, wat had je daar aan, mijn medereizigers hadden er alleen maar regen gehad. Deze medereizigers sprak ik soms maar een dag voor mijn eigen vertrek. Maar steeds trof ik ter plekke zon aan. In een jaar tijd heb ik slechts één keer een activiteit moeten cancellen vanwege het weer, en dat was toen ik afgelopen december in San Francisco naar Muir Woods met zijn kolossale bomen had gewild.
In Myanmar en Laos heb ik sowieso geen druppel regen gezien, de lucht was altijd helder, je herinnert je vast de foto’s nog wel met strakblauwe lucht en schitterende zonsondergangen. In Vietnam regende het wel toen we de nachtbus naar Sapa namen, maar bij aanvang van de trekking was het droog. In Cambodja hadden we op het eiland Koh Rong Sanloem een keer een tropische stortbui ‘s avonds laat, maar die was eigenlijk wel heel welkom omdat het die dag vrij drukkend was geweest, en het de volgende dag veel aangenamer weer was. Toen we in Sihanoukville (Cambodja) verbleven, had het overdag flink geregend bij onze bungalow, maar in Ream National Park, waar wij die dag een excursie hadden, is geen druppel gevallen.
En nu ook voor mijn volgende activiteiten krijg ik weer negatieve reisadviezen van mede-backpackers. ‘Ga niet naar Cameron Highlands! Het is er weliswaar prachtig, maar
het regent er nu volop en dat maakt de trekkings toch niet zo fijn’. ‘Taman Negara is een indrukwekkend National Park maar in de stromende regen is er weinig te doen’. Toch wil ik beide locaties graag zien, dus ik ben eigenwijs en ga toch op weg. Mijn adviseurs hebben gelijk: vlak nadat de bus de snelweg heeft verlaten en zich op de laatste 30 kronkelende kilometers naar Tanah Rata in de Cameron Highlands begeeft, begint het te stortregenen. Het is zondagmiddag en locals die het weekend in deze glooiende omgeving hebben doorgebracht, keren massaal terug naar Kuala Lumpur. De regen stroomt de steile hellingen af, met prachtige watervallen tot gevolg en van het toch al schaarse asfalt op de weg is nauwelijks meer iets te zien. Respect voor de buschauffeur die op deze slechte en smalle weg met alle haarspeldbochten de stroom aan tegenliggers weet te ontwijken.
Hoe dichter we bij Tanah Rata komen, hoe droger het wordt en zodra ik uitstap bij de bushalte komt de zon alweer door – alleen de waterschade in het bagagecompartiment van de bus (en een natte backpack, gelukkig had ik er een flightbag omheen gedaan) herinnerde nog aan de tropische stortbui. Ik zoek mijn hostel op en kom terecht op een gezellige
slaapzaal met 3 andere meiden, die me gelijk uitnodigen om ‘s avonds mee te gaan naar een Maleisische kookcursus. Daar zeg ik geen nee tegen, en een paar uur laten starten we met het snijden van wel 12 verschillende groenten, van kouseband en bittere komkommer tot wortel, knoflook, aubergine en aardappels – op het karton stond ‘Holland Potato’, gedistribueerd vanuit China, jaja. Onder leiding van de lokale kok toverden we uiteindelijk een hele serie aan gerechten op tafel, helaas waren een aantal voor mij te pikant om te eten. Maar des te meer genoot ik van het toetje: rijstpudding van rijst en rozijnen met kaneelstokjes gekookt in gecondenseerde melk.
Ondanks de regen van de afgelopen week was het de volgende dag gewoon droog, en zelfs zonnig. Dat kwam prima uit, want
met een groepje mede-backpackers uit het hostel hadden we een gids en een 4WD jeep gehuurd om de omgeving we gaan verkennen. Tot eén van de highlights van Cameron Highlands behoren de theeplantages die een eeuw geleden in Maleisië geïntroduceerd zijn door de Engelsen. Toen we een uitleg kregen over het verwerken van de theeblaadjes vloog er een vliegtuigje over dat de plantages vanuit de lucht voorzag van kunstmest. Het duurde niet lang voordat we allemaal een laagje witte ‘hagel’ in ons haar hadden – wie weet gaat ons haar er sneller van groeien!
We bekeken het uitzicht vanaf de hoogste berg van het schiereiland Maleisië, Mount Brinchang, op een hoogte van 2.032m en maakten daarna een wandeling door het Mossy Forest, één van de oudste bossen ter wereld, en zoals als de naam al zegt, rijkelijk voorzien van mos. Dit had zomaar het decor kunnen zijn voor een avonturenfilm uit de stal van Walt Disney. Wat ontzettend mooi was het daar, en de gids wees ons tijdens de pittige wandeling op allerlei bijzondere planten,
zoals prachtige wilde orchideëen en vleesetende planten. Naast thee zijn aardbeien het tweede belangrijkste product van deze regio; we bezochten een lokale kwekerij en hier zat een Nederlands tintje aan: de aardbeien groeiden op substraat-’broodjes’. Of het daardoor kwam of door het gunstige klimaat, mijn verse aardbeien-smoothie smaakte me prima.
De volgende ochtend was het tijd om weer te vertrekken: na 3 uur in een bus en 3 uur in een longboat kwam ik aan in Kuala Tahan, een klein dorpje in het uitgestrekte Taman Negara National Park, de oudste jungle ter wereld met een grootte van 4343 vierkante kilometer. Ik had tijdens deze lange reis veel lol gehad met een Duitse en een Australiër en als vanzelfsprekend boekten we gezamenlijk een kamer in een guesthouse en trokken de rest van de dagen samen op.
Ondanks de voorspellingen en waarschuwingen van medereizigers was het prima weer in Taman Negara, we hebben geen druppel regen gezien en hadden daardoor de perfecte omstandigheden voor onze trekking in de jungle. Als muggenmagneet zag ik nogal op tegen vochtige warmte van de jungle en ook de aanwezigheid van grote hoeveelheden bloedzuigers was niet echt aanlokkelijk. Met een dubbel paar sokken en lange broek en mouwen zweetten we ons weliswaar een ongeluk, maar de bloedzuigers en muggen bleven bij mij op afstand.
Alhoewel de echt grote dieren (olifanten, neushoorns, tijgers, beren) zich ver uit de buurt van de bewoonde wereld ophielden, was de trekking toch indrukwekkend, naast eekhoorns en bijzondere vogels zagen we veel prachtige flora, en ik was met name bijzonder gecharmeerd van de blauwe varen, die ik nog niet eerder ergens gespot had.
Ook maakten we een Canopy Walk door de jungle, een tocht over tussen bomen gespannen hangbruggen, de hoogste was 45 meter, waardoor je de jungle op een heel andere manier ervaart dan vanaf de grond.
Na 3 dagen moest ik helaas afscheid nemen van Taman Negara en mijn fijne reismaatjes: de Duitse Ania gaat duiken aan de Maleisische Oostkust en de Australisch reist door naar Thailand, terwijl ik terugkeer naar Kuala Lumpur voor een volgende highlight in mijn reis: een bezoekje aan de Petronas Twin Towers, met 452 meter ooit de hoogste torens ter wereld.
1.
2017: een nieuw jaar met nieuwe kansen
2.
Myanmar: here I come!
3.
Naar Inle Lake
4.
Kalaw & Bagan
5.
Hsipaw & Mandalay
6.
Zuid-Laos: Don Det & Pakse
7.
De bovenste helft van Laos
8.
Veelzijdig Vietnam
9.
Grotten, tunnels, motoren & beachvolley
10.
Angkor Wat?
11.
Maleisië Part I - On the Go
12.
Maleisië Part II: Cameron Highlands & Taman Negara
13.
Maleisië Part III: Kuala Lumpur & Langkawi
14.
Singapore, land nr 68
15.
Sultanaat Brunei Darussalam
16.
Maleisië Part IV: Borneo
17.
7.107 Eilanden
18.
Bohol & Cebu
19.
Eindelijk Indonesië!
20.
Reizen, maar hoe dan?
21.
Belanda in Indonesia
22.
Java
23.
Dansen op de Vulkaan
24.
Bali & Lombok
25.
Komodo National Park
26.
The Next Step
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!