Ooit ben ik begonnen met het toepassen van de Zeven moderne Wereldwonderen als leidraad voor mijn reizen. Zes van de zeven heb ik inmiddels bezocht: de lang verborgen inca stad Machu Picchu in Peru, het imposante Cristo Redentor beeld in Rio de Janeiro, Brazilië, het Colosseum in Rome, het Taj Mahal paleis in India, de piramidevormige maya tempel Chichén Itza in Mexico en de indrukwekkende ruim 6.000 kilometer lange Muur in China. Alleen Petra, de stad in de rotsen in Jordanië staat nog op mijn wensenlijstje.
Zo’n lijstje bestaat ook voor de 7 natuurlijke wereldwonderen, waarvan ik er al 3 heb mogen afvinken: recent Ha Long Bay in Vietnam, in 2011 de Iguazú watervallen in Brazilië en Argentinië en in de afgelopen jaren het Amazone regenwoud in oa Suriname, Colombia en Brazilië*. Als laatste ‘wapenfeit’ van mijn wereldreis wilde ik
May 01, 2017
|
Labuan Bajo, Flores, Indonesië
Ooit ben ik begonnen met het toepassen van de Zeven moderne Wereldwonderen als leidraad voor mijn reizen. Zes van de zeven heb ik inmiddels bezocht: de lang verborgen inca stad Machu Picchu in Peru, het imposante Cristo Redentor beeld in Rio de Janeiro, Brazilië, het Colosseum in Rome, het Taj Mahal paleis in India, de piramidevormige maya tempel Chichén Itza in Mexico en de indrukwekkende ruim 6.000 kilometer lange Muur in China. Alleen Petra, de stad in de rotsen in Jordanië staat nog op mijn wensenlijstje.
Zo’n lijstje bestaat ook voor de 7 natuurlijke wereldwonderen, waarvan ik er al 3 heb mogen afvinken: recent Ha Long Bay in Vietnam, in 2011 de Iguazú watervallen in Brazilië en Argentinië en in de afgelopen jaren het Amazone regenwoud in oa Suriname, Colombia en Brazilië*. Als laatste ‘wapenfeit’ van mijn wereldreis wilde ik
graag weer een wereldwonder bezoeken, namelijk Komodo National Park, dat ook Unesco Werelderfgoed is. Voor dit bezoek had ik een trip geboekt op een prachtig houten schip dat me in 3 dagen langs de prachtigste Indonesische eilanden zou varen en via de eilandengroep Komodo naar Flores zou brengen.
Als een rode draad door mijn wereldreis loopt de ontmoeting met ontzettend fijne mensen, en ook bij deze trip was dat weer het geval. Alhoewel het schip veel meer passagiers kon herbergen, waren we maar met zijn negenen, een mooi mix van Duitsers, Denen, Nederlanders en een Zwitserse. Het klikte al voordat we aan boord stapten, dus dat was een goed teken aangezien de daaropvolgende dagen flink intensief waren. Maar eerst doorkruisten we per busje het eiland Lombok van
Oost naar West, om in het westen in de haven aan boord te gaan van de Floressea, een schip met een lengte van 23 meter.
Hoewel ik aan boord een privé-hut tot mijn beschikking had, gebruikte ik die vooral als kleedkamer – op het dek slapen was koeler en gezelliger met de rest van de deelnemers die alleen dekplaatsten hadden gereserveerd. Qua weer hadden we heel veel geluk, het was steeds prachtig helder, soms lichtbewolkt weer, met als gevolg geweldig mooie zonsopgangen en -ondergangen. Er was altijd wel land in de verte zichtbaar: mooie groene heuvels of gekamde bergen overtrokken met groene biljartlakens. In het begin hadden we een mooi uitzicht over de Rinjani vulkaan op het eiland Lombok.
Het schip ging onderweg meerdere keren voor anker: de eerste
avond was dit tijdens de zonsondergang die we zagen vanaf Kenawa eiland, een mooi groene stip in de zee met een flinke heuvel die we beklommen om van het uitzicht in het gouden zonlicht te genieten. Het water voor de kust van Kenawa eiland was kraakhelder, en alhoewel het al bijna donker was, besloten we toch nog even snel te gaan zwemmen. In het ondiepe water lagen de mooiste schelpen, een flinke zeester en allerlei kleine visjes. Met de bijboot werden we weer opgehaald en teruggebracht naar het grote schip, dat teveel diepgang had om in ondiepe wateren te komen.
De kok van het schip maakte van iedere maaltijd een feestje: we zagen de heerlijkste Indonesische buffetten voorbijkomen met vers fruit (ananas en papaya) als nagerecht. Maar het ontbijt op bed was toch wel zijn specialiteit; voordat we goed en wel wakker waren op het dek (meestal rond 6.30 uur), stond er al een bord met chocoladepannenkoeken of bananentosti’s klaar naast het hoofdkussen.
Vaak begon het dagprogramma om 7 uur, dan gingen we al snorkelen of wandelen, en gezien de felle zon was dat prima. Op Moyo eiland liepen we via een rivier naar een prachtige waterval die in meerdere cascades naar beneden kwam en een soort van natuurlijke massagestralen had gecreeerd. Ten opzichte van het warme zeewater was het water onderaan de waterval superkoud, maar prima als een verfrissende ochtenddouche.
Daarna was het tijd om te snorkelen: we zagen prachtige vissen in alle kleuren en maten. Ik heb nu al zo vaak gesnorkeld in mijn leven, maar iedere keer ben ik weer ontroerd door de pracht van de onderwaterwereld. Zoveel unieke vissen met prachtige vormen en kleuren, en dan zwem je er ineens zelf tussen. Snorkelen verveelt nooit!
Als het schip wat langere afstanden moest afleggen, vermaakten we ons op het dek met zonnen, muziek of spelletjes doen. We zagen een keer een grote groep dolfijnen die meezwommen langs de boeg van de boot.
Op sommige plekken was de stroming sterker en schommelde het schip nogal, maar juist ‘s nachts vond ik dat wel fijn, het geschommel van het schip vond ik de perfecte manier om in slaap te vallen – het deed me een beetje denken aan mijn vrijwilligerswerk op het schip van de Zonnebloem, waarbij het schip ‘s nachts ook voer en je lag te schommelen in je hut.
Op de Floressea ging ik 's morgens na het genieten van de zonsopgang nog even terug in bed om liggend vanaf het dek de mooiste eilanden en helderblauwe zee te kunnen bewonderen – het kan slechter, toch?
Op zaterdagochtend was het eindelijk zover: we meerden aan bij Komodo eiland, samen met Padar en Rinca de grootste eilanden van Komodo National Park. Onder leiding van een gids (gewapend met een gevorkte stok) liepen we door de
bossen van het park in de hoop om de grootste hagedissoort ter wereld te zien. De komodo varaan (Engels: komodo dragon) is een carnivoor, hij jaagt op wilde varkens, buffels, herten en paarden (en soms zijn eigen jongen). Maar zonder gevecht: de varaan bijt zijn prooi om vervolgens gif in de wond van het prooidier te spuiten, waarna deze binnen 2 tot 3 dagen sterft aan de infectie. De komodo varaan heeft aan één zo’n hapje per maand genoeg; een actieve jager kun je het dus niet noemen.
Tussen de bomen bij een waterplaats zagen we uiteindelijk 2 komodo varanen van zo’n 2 meter lang (ze worden maximaal zelfs 3 meter lang). Mooie beesten zijn het niet, ze hebben de uitdrukkingsloze kop van een schildpad of slang en de vorm van een uitvergrote hagedis. Later zagen we nog 3 varanen in de schaduw liggen – het zijn imposante beesten, maar je moet
er niet te dicht in de buurt komen (een dag later bleek een toerist uit Singapore aangevallen te zijn door een Komodo varaan, en in kritieke toestand naar het ziekenhuis te zijn gebracht).
Ook al was het pas vroeg, het was al flink heet op Komodo-eiland; we misten de frisse zeewind van de boot en ook liepen we na al die dagen aan boord niet meer helemaal stevig op onze benen. Extra lekker was het dus om na het bezoek aan Komodo-eiland te gaan snorkelen, en op niet zomaar een strand, maar op Pink Beach, een kleine baai met – hoe kan het ook anders – kristalhelder water en met lichtroze zand van alle aangespoelde stukjes rode koraal. Ook hier was het snorkelen weer geweldig; vanwege de ligging langs de Australische stroom was het zeewater flink koud, maar
desondanks bleven we lang in zee om al die mooie gekleurde vissen te ontdekken.
Die middag zetten we koers naar Labuan Bajo, de hoofdstad van het eiland Flores en het eindpunt van onze trip. Alhoewel iedereen andere vervolgplannen had, besloten we die avond met z’n allen door te brengen. We zagen vanaf een bar op een heuvel prachtig de zon ondergaan, en we proostten op weer een prachtig avontuur op reis.
Ik geniet nog even een paar dagen van het eiland Flores voordat ik terugkeer naar Bali, hierover meer in mijn volgende blog.
*De andere 3 natural world wonders op de officiële lijst zijn: Jeju Island in Zuid-Korea, de Tafelberg in Zuid-Afrika en de Underground River in de Filipijnen - deze hoop ik uiteraard ook nog eens te mogen bezoeken!
1.
2017: een nieuw jaar met nieuwe kansen
2.
Myanmar: here I come!
3.
Naar Inle Lake
4.
Kalaw & Bagan
5.
Hsipaw & Mandalay
6.
Zuid-Laos: Don Det & Pakse
7.
De bovenste helft van Laos
8.
Veelzijdig Vietnam
9.
Grotten, tunnels, motoren & beachvolley
10.
Angkor Wat?
11.
Maleisië Part I - On the Go
12.
Maleisië Part II: Cameron Highlands & Taman Negara
13.
Maleisië Part III: Kuala Lumpur & Langkawi
14.
Singapore, land nr 68
15.
Sultanaat Brunei Darussalam
16.
Maleisië Part IV: Borneo
17.
7.107 Eilanden
18.
Bohol & Cebu
19.
Eindelijk Indonesië!
20.
Reizen, maar hoe dan?
21.
Belanda in Indonesia
22.
Java
23.
Dansen op de Vulkaan
24.
Bali & Lombok
25.
Komodo National Park
26.
The Next Step
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!