Vietnam, het land van heerlijk streetfood, precies op maat gemaakte kleding, grote klimaatverschillen, prachtige gebergten, lange busritten, dalen vol rijstterrassen, stranden met enorme golven en scooters, duizenden scooters. En laten die scooters nou meteen een van eerste obstakels geweest zijn waar wij mee te kampen kregen. In Cambodja hadden we al druk verkeer ervaren, maar dat stelde niets voor in vergelijking met het aantal weggebruikers dat per minuut een kruispunt in Ho Chi Minh oversteekt. Dit maakt het oversteken van de straat een ware sport en na enige training word je er zowaar handig in. Op het moment dat je midden op de straat loopt, wordt je omringd door scooters die om je heen slalommen, wat maakt dat je af en toe haast vreest voor je leven en bij het behalen van de overkant van de straat toch even een moment neemt om rustig adem te halen. Vietnam verdient zonder twijfel de titel “land met meeste verkeerschaos”.
Onze eerste bestemming in Vietnam was Ho Chi Minh City, waar we, na een ellendige rit in de nachtbus, om vier uur ‘s ochtends aankwamen. Onderweg hebben we wel vijf keer van bus moeten wisselen, wat betekent wakker worden; je spullen bij elkaar zoeken; je uit de bus wurmen; backpack op je nek en naar de volgende bus brengen; een nieuw plekje vinden in de volgende bus; en proberen verder te slapen. Daar kwam nog eens bij dat we een uur voor de grens van Vietnam een lekke band kregen waardoor we moesten wachten op een nieuwe bus en lichtelijk gestresst begonnen te raken over het halen van de grens voor deze zou sluiten. “Ten minutes until new bus”, was wat onze chauffeur zei. Inmiddels waren we bekend met dit soort beloftes en het verbaasde ons dan ook niks dat de vervangende bus pas drie kwartier later voor onze neus stond. Uiteindelijk haalden we gelukkig net op tijd de grens en hoefden we niet een nacht lang te wachten tot we Vietnam binnen konden lopen.
Om vier uur ‘s ochtends aankomen in een grote, onbekende stad was onze tweede beproeving. Op hoop van zegen liepen we naar het hostel dat wij op het oog hadden. We konden helaas nog niet inchecken (hè wat gek), maar mochten wel op de banken bij de receptie chillen en slapen tot we de kamers in konden. Totaal uitgeput namen we plaats op de banken om toch nog een paar uur slaap proberen te krijgen. Wispelturig als we waren leek ons dit hostel, na er een paar uur doorgebracht te hebben, toch niet de beste keus. Daarom pakten we snel onze spullen toen het eenmaal licht was buiten en zijn we naar onze tweede keus verkast. Dit bleek achteraf een goede beslissing: het hostel was een stuk schoner, het ontbijt was tien keer beter en de medewerkers gedroegen zich veel professioneler (het waren tenminste geen wietrokende, dronken, matige muzikanten).
Het feit dat we totaal gesloopt waren na deze meer dan gebroken nacht, weerhield ons er niet van om op pad te gaan en de stad te verkennen. Een bezienswaardigheid in Ho Chi Minh die je niet over mag slaan is het oorlogsmuseum. Ik weet nog steeds niet helemaal wat ik van dit bezoek moet vinden. Het was bijzonder en apart tegelijk om de Vietnamese kijk op de oorlog te ervaren. Alles wat in het museum te zien was, leek wel een soort propaganda en de Amerikanen waren op elke mogelijke manier in een kwaad daglicht gesteld. Oké, het waren inderdaad geen lieverdjes tijdens de Vietnamoorlog, maar de Vietnamezen zelf waren ook niet heilig. Daarbij was de indeling van het museum heel onlogisch: je begon op de derde verdieping (wat je maar net moest weten, want het stond nergens aangegeven) en het was de bedoeling dat je op elke verdieping meer te weten kwam over de oorlog. Ik kon echter niet echt samenhang tussen de verdiepingen ontdekken en ik kreeg vooral het idee dat in het museum een verzameling van de schokkendste foto’s hing die tijdens de oorlog gemaakt zijn om mensen te choqueren. Het allergruwelijkste wat ik in het museum heb gezien, en dat voor altijd op mijn netvlies gebrand is, is een afgesloten bak waarin een dode baby op sterk water lag. We hebben geprobeerd te ontdekken waarom juist dit in het museum stond, maar tot de dag van vandaag is het ons nog steeds een raadsel.
Om even aan de drukte van de stad te ontsnappen, maakten we onze tweede dag in Vietnam een tour door de Mekong delta. Onderweg naar het water stopten we eerst nog bij een soort Buddhapark waar lokale kinderen (op hun vrije dag!!!) in hun beste Engels uitleg probeerden te geven over alle beelden. Ze deden dit onder begeleiding van hun docent Engels (die alles aan hun voor zei, wat het nog grappiger maakte) die hen op deze manier extra wilde laten oefenen met de Engelse taal. De kinderen deden enorm hun best en namen het “lesgeven” enorm serieus. Negen van de tien keer waren ze helaas niet zo goed te verstaan, maar de effort was bewonderenswaardig en je kon dan ook niets anders doen dan aandachtig luisteren. De kinderen leken oprecht blij en dankbaar je te
Brechje van Nes
17 chapters
16 Apr 2020
November 24, 2017
|
Ho Chi Minh City
Vietnam, het land van heerlijk streetfood, precies op maat gemaakte kleding, grote klimaatverschillen, prachtige gebergten, lange busritten, dalen vol rijstterrassen, stranden met enorme golven en scooters, duizenden scooters. En laten die scooters nou meteen een van eerste obstakels geweest zijn waar wij mee te kampen kregen. In Cambodja hadden we al druk verkeer ervaren, maar dat stelde niets voor in vergelijking met het aantal weggebruikers dat per minuut een kruispunt in Ho Chi Minh oversteekt. Dit maakt het oversteken van de straat een ware sport en na enige training word je er zowaar handig in. Op het moment dat je midden op de straat loopt, wordt je omringd door scooters die om je heen slalommen, wat maakt dat je af en toe haast vreest voor je leven en bij het behalen van de overkant van de straat toch even een moment neemt om rustig adem te halen. Vietnam verdient zonder twijfel de titel “land met meeste verkeerschaos”.
Onze eerste bestemming in Vietnam was Ho Chi Minh City, waar we, na een ellendige rit in de nachtbus, om vier uur ‘s ochtends aankwamen. Onderweg hebben we wel vijf keer van bus moeten wisselen, wat betekent wakker worden; je spullen bij elkaar zoeken; je uit de bus wurmen; backpack op je nek en naar de volgende bus brengen; een nieuw plekje vinden in de volgende bus; en proberen verder te slapen. Daar kwam nog eens bij dat we een uur voor de grens van Vietnam een lekke band kregen waardoor we moesten wachten op een nieuwe bus en lichtelijk gestresst begonnen te raken over het halen van de grens voor deze zou sluiten. “Ten minutes until new bus”, was wat onze chauffeur zei. Inmiddels waren we bekend met dit soort beloftes en het verbaasde ons dan ook niks dat de vervangende bus pas drie kwartier later voor onze neus stond. Uiteindelijk haalden we gelukkig net op tijd de grens en hoefden we niet een nacht lang te wachten tot we Vietnam binnen konden lopen.
Om vier uur ‘s ochtends aankomen in een grote, onbekende stad was onze tweede beproeving. Op hoop van zegen liepen we naar het hostel dat wij op het oog hadden. We konden helaas nog niet inchecken (hè wat gek), maar mochten wel op de banken bij de receptie chillen en slapen tot we de kamers in konden. Totaal uitgeput namen we plaats op de banken om toch nog een paar uur slaap proberen te krijgen. Wispelturig als we waren leek ons dit hostel, na er een paar uur doorgebracht te hebben, toch niet de beste keus. Daarom pakten we snel onze spullen toen het eenmaal licht was buiten en zijn we naar onze tweede keus verkast. Dit bleek achteraf een goede beslissing: het hostel was een stuk schoner, het ontbijt was tien keer beter en de medewerkers gedroegen zich veel professioneler (het waren tenminste geen wietrokende, dronken, matige muzikanten).
Het feit dat we totaal gesloopt waren na deze meer dan gebroken nacht, weerhield ons er niet van om op pad te gaan en de stad te verkennen. Een bezienswaardigheid in Ho Chi Minh die je niet over mag slaan is het oorlogsmuseum. Ik weet nog steeds niet helemaal wat ik van dit bezoek moet vinden. Het was bijzonder en apart tegelijk om de Vietnamese kijk op de oorlog te ervaren. Alles wat in het museum te zien was, leek wel een soort propaganda en de Amerikanen waren op elke mogelijke manier in een kwaad daglicht gesteld. Oké, het waren inderdaad geen lieverdjes tijdens de Vietnamoorlog, maar de Vietnamezen zelf waren ook niet heilig. Daarbij was de indeling van het museum heel onlogisch: je begon op de derde verdieping (wat je maar net moest weten, want het stond nergens aangegeven) en het was de bedoeling dat je op elke verdieping meer te weten kwam over de oorlog. Ik kon echter niet echt samenhang tussen de verdiepingen ontdekken en ik kreeg vooral het idee dat in het museum een verzameling van de schokkendste foto’s hing die tijdens de oorlog gemaakt zijn om mensen te choqueren. Het allergruwelijkste wat ik in het museum heb gezien, en dat voor altijd op mijn netvlies gebrand is, is een afgesloten bak waarin een dode baby op sterk water lag. We hebben geprobeerd te ontdekken waarom juist dit in het museum stond, maar tot de dag van vandaag is het ons nog steeds een raadsel.
Om even aan de drukte van de stad te ontsnappen, maakten we onze tweede dag in Vietnam een tour door de Mekong delta. Onderweg naar het water stopten we eerst nog bij een soort Buddhapark waar lokale kinderen (op hun vrije dag!!!) in hun beste Engels uitleg probeerden te geven over alle beelden. Ze deden dit onder begeleiding van hun docent Engels (die alles aan hun voor zei, wat het nog grappiger maakte) die hen op deze manier extra wilde laten oefenen met de Engelse taal. De kinderen deden enorm hun best en namen het “lesgeven” enorm serieus. Negen van de tien keer waren ze helaas niet zo goed te verstaan, maar de effort was bewonderenswaardig en je kon dan ook niets anders doen dan aandachtig luisteren. De kinderen leken oprecht blij en dankbaar je te
mogen vertellen over de beelden en de vraag “may I give you a hug” kon ik dan ook niet weigeren.
Vanaf het moment dat we bij de delta in de boot stapten, merkten we pas echt in wat voor tour we beland waren: een ware Chinezentour, zoals wij het noemden. Alles moest gehaast, er was op elke plek enkel tijd om een paar foto’s te maken en de gids had geen tijd om zijn verhaal te herhalen voor mensen die het niet verstaan hadden. “Hurry, hurry, we leave!” Tijdens de tour bezochten we drie eilanden in de Mekong delta die elk hun eigen “functie” hadden. Ik kreeg meer het idee dat alle bezienswaardigheden expres op de eilanden geplaatst waren om toeristen te trekken, maar ach het idee dat het allemaal authentiek en traditioneel was was leuk. Het eerste eiland waar we stopten deed dienst als productieplaats van bamboesnoepjes. Hier werd ons in korte tijd uitgelegd en gedemonstreerd hoe van bamboe een soort fruittellasnoepjes met bepaalde smaken worden gemaakt. Rond een enorme tafel zaten een aantal vrouwtjes die enorme plakkaten van het bamboespul in stukjes sneden en er vervolgens in rap tempo een papiertje omheen wikkelden. Het tweede eilandje dat we aandeden stond bekend om de productie van honing. We werden aan een tafel gezet en voor we goed en wel zaten, stond er een man met een raat uit een bijenkorf met
allemaal bijen erop voor onze neus. Door een vrouwtje werd thee ingeschonken waar een klodder van de lokale honing ingedaan werd. Engelsen zouden het misschien enorm afkeuren, maar de thee was heerlijk en een tweede ronde sloegen we zeker niet over. Voordat we voet aan land zetten op het derde en laatste eiland, werden we gedropt op een steiger vanwaar we in kleine roeibootjes door een soort bamboebos gevaren werden door lokale vrouwtjes om te zien hoe de bevolking zich hier voort beweegt. Een kort maar krachtig, en ongelofelijk toeristisch, tochtje. Het enige jammere was dat alle roeiers aan het eind van de rit zelf om fooi vroegen en ons de boot niet af lieten gaan voor we hen iets gegeven hadden. Jammer om te zien dat massatoerisme zo’n slechte invloed heeft op authentieke tradities. Het laatste eiland waar we stopten was het drukste van allemaal en je werd er bijna letterlijk omver gelopen door Chinese toeristen. Veel tijd hadden we hier niet: een korte lunch, even rondlopen langs alle toeristenkraampjes en hup, weer de boot in om terug te varen naar de bus. Al met al was het een leuke tour, maar er wordt letterlijk alles gedaan om het toeristen naar het zin te maken. Het authentieke, echte Vietnam heb ik hier niet gezien, terwijl de hele tour daar wel om draaide. Het deed me beseffen dat toerisme twee kanten heeft: aan de ene kant helpt het het land enorm economisch gezien, maar aan de andere kant verpest het het land en echtheid van culturele bezienswaardigheden toch een beetje. “Alles voor de toerist”, was wat na deze tour bij me te binnen schoot. Je kan je hier enorm over opwinden, maar wij hebben er vooral heel hard om gelachen tijdens deze dag. Het gehaaste en het zien van alle toeristen die de wereld door de lens van hun camera bekijken, heeft toch wel iets hilarisch.
In de avond bevonden we ons op een klein stukje “Nederlands grondgebied” terwijl we deelnamen aan de Heineken Experience in de Bitexo Tower op de zestigste verdieping. Afgezien van Amsterdam is Ho Chi Minh tot nu toe de enige stad in de wereld waar je kennis kan maken met de wereld van Heineken. Terwijl je geniet van een prachtig uitzicht over een nachtelijk Ho Chi Minh leer je alles over de geschiedenis van het biermerk en het brouwproces. Gelijk bij binnenkomst zetten wij meteen de boel op stelten: een zooitje Nederlanders op bezoek bij Heineken staat garant voor gezelligheid. Al snel kregen we de titel “the most exciting group” die wij met waardigheid hoog hielden. Dit ging gepaard met veel luidruchtig gejuich en gelach (typisch Nederlands...). Na gekroond te zijn tot Heineken Beermasters moest er uiteraard ook geproefd worden in de skybar en even waanden we ons weer in Nederland, maar dan met een ander uitzicht. Als ultieme afsluiter stond ons bij de uitgang van het gebouw nog een persoonlijk flesje (gevuld met heerlijk lauw bier) met het Heinekenlogo en je eigen naam erop te wachten.
Na een heerlijk rustige dag om bij te komen van de tour door de Mekong Delta en het bierproeven, besteedde ik mijn laatste dag in Ho Chi Minh aan het bezoeken van de Cu Chi tunnels samen met Bart die ik eerder op Don Det al had ontmoet en hier in Vietnam weer tegenkwam. Waar ik al bang voor was werd werkelijkheid: het was weer een Chinezentour. Onze tourguide rende op recordsnelheid door het park heen en sommige mensen hadden moeite hem bij te houden. Gelukkig liepen Bart en ik vooraan en waren we steeds op tijd om zijn uitleg te horen. De tunnels bevonden zich in een enorm bos en zonder gids had je bepaalde dingen absoluut over het hoofd gezien, zoals luchtgaten of een luikje in de grond waaronder zich een tunnel bevond. Zelf mochten we ook ervaren hoe het is om door de tunnels te lopen. 100 meter door een diep onder de grond gelegen, enorm nauwe tunnel (die speciaal voor ons toeristen zelfs nog breder gemaakt is) lopen, is absoluut geen pretje. Ik kan het nog steeds niet helemaal bevatten dat er mensen waren die jarenlang in deze tunnels en ruimten onder de grond hebben geleefd om veilig te zijn tijdens de
Vietnam oorlog. De gedachte alleen al dat dit nodig was, is haast misselijkmakend. Aan het eind van de tour stond ons nog een “verrassing” te wachten: je kreeg de mogelijkheid om zelf met een enorm geweer te schieten voor een bepaalde prijs. Ik stond perplex en werd zelfs een beetje naar van het horen van de schoten. Na over zoiets dramatisch gehoord te hebben als de tunnels, waar mensen in vluchten om niet vermoord te worden door bommen en kogels, vond ik het idee om zelf te gaan schieten compleet absurd. Een no go voor mij dus.
Ho Chi Minh was de stad waar ik voor het eerst afscheid moest nemen van Laura, Lisa, Shemara en Carlo, aangezien het plan was om op te splitsen en elkaar in Hanoi pas weer te zien. Opsplitsen in Vietnam bleek lastiger dan verwacht en het afscheid was dan ook van korte duur. Ik kan alvast verklappen dat we elkaar gaandeweg in elke stad weer tegenkwamen en op een gegeven moment zijn we toch weer als groep gaan reizen, omdat dat toch gezelliger is. Ook Kevan sloot weer aan, waardoor de groep weer in ere was hersteld. Deze oude formatie werd nog versterkt door Jörn en Jorn die wel wat motormaatjes konden gebruiken door al hun pech. De mannen hadden allen een motor gekocht en waar zij als ware motorbende van stad naar stad reden, volgden wij in een bus. Maar hier allemaal later meer over. “Afscheid nemen bestaat niet” blijkt toch echt te kloppen.
Ondanks 25 keer bijna platgereden te zijn door alle toeterende scooters en auto’s, de haastige, commerciële, maar toch grappige Chinezentours, de zeurende en schreeuwende zonnebrillenverkopers op straat, een pijnlijke voetmassage, het (tijdelijke) afscheid nemen van mijn maatjes en alle slechte verhalen die ik over de stad had gehoord van andere reizigers, vond ik Ho Chi Minh ongelofelijk leuk! De sfeer was gezellig, het eten was heerlijk(foodcourts!!!), het weer was prachtig en het uitgaan was top! Ik kan me voorstellen dat deze drukke stad je overspoeld als je net begint met reizen, maar voor mij was het een fantastisch begin van een tocht door een land dat (achteraf gesproken) niet kan ontbreken op mijn favorietenlijstje.
1.
Nog 1 week
2.
De vlucht naar Thailand
3.
Chiang Mai
4.
Homestay
5.
De weg door Laos
6.
Been there, Don Det
7.
Feest, tempels en verdriet
8.
Islandlife
9.
Kapot in Kampot
10.
The city of chaos
11.
Het is zwemmen of verzuipen
12.
Nieuwe kleren en scooterpret
13.
Change of plans
14.
De Ha Giang loop
15.
Halong Bye
16.
Thailand 2.0
17.
Terug in de tijd
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!