Het was tijd voor onze in eerste instantie uitgestelde trip naar Cat Ba. Cat Ba is een eiland in het Halong Bay gebied. Achteraf gezien was het een goede beslissing om eerst naar Sapa te gaan, want toen we de bus uit stapten, scheen de zon volop in onze gezichten. Veel tijd hadden we hier echter niet aangezien ons visum de 23e verliep, dus zodra we ingecheckt waren in het hostel boekten we een tweedaagse boottocht door het gebied en huurden we scooters om het eiland te verkennen. Heel groot was het niet en na een klein half uurtje stonden we aan de andere kant van het eiland onder aan een super steile trap die leidde naar een prachtig uitzichtpunt. De trap opklimmen was een ware uitdaging. Zoals op de foto te zien is waren we niet gezekerd en als je misstapte zou je daadwerkelijk naar beneden vallen (en dat zou je zeker niet overleven). Geen zorgen, we zijn allemaal weer veilig en zonder ongelukken op de grond terecht gekomen. De trap leidde naar een zendmast op een tientallen meters hoge rots. Gelukkig was het geen toeristische attractie, want elkaar passeren op de trap was niet mogelijk. Vanaf de rots had je een prachtig uitzicht over de baai met alle rotseilandjes waar het Halong Bay gebied bekend om staat. Door middel van dit soort activiteiten wordt mijn hoogtevrees beetje bij beetje afgebroken en boven op de rots en de trap had ik amper nog last van angst. Heb ik toch nog iets handigs bereikt deze reis.
In de avond vonden we het wel weer eens tijd voor een feestje. Het was al weer even geleden dat we uit geweest waren en daarbij was het onze laatste avond samen met Shemara en Loretta, van wie we die avond afscheid moesten nemen (zij vertrokken de volgende ochtend heel vroeg al)... In een klein plaatselijk kroegje verstoorden wij direct bij binnenkomst al de orde. Zet Nederlandse meiden in een kroeg waar ze zelf de muziek kunnen bedienen en je weet zeker dat je kroeg binnen enkele minuten op z’n kop staat. We waren die avond in een opper beste stemming en al snel knalden alle Nederlandse hitjes die we konden bedenken achter elkaar door de speakers en konden wij niet stoppen met dansen. De overige kroegbezoekers die rustig aan de bar en tafels zaten keken ons meer dan eens verstoord aan, maar daar trokken wij ons niks van aan. Toen een groep Canadese en Ierse jongens zich bij ons voegde, barstte het feestje pas echt los en we hebben gedanst tot de kroeg haar deuren sloot.
De volgende dag stapten we aan het begin van de middag in het busje dat ons naar onze boottour bracht. De boot voer ons, samen met nog ongeveer twintig andere jongeren, naar een van de rotseilanden waar we een nacht zouden slapen. Het was prachtig weer waardoor de omgeving alleen maar mooier werd. Weer een hele andere omgeving dan we hiervoor in het noorden gezien hebben en dit is ook het leuke van Vietnam: overal waar je komt ziet het er weer anders uit. Geen enkele plek lijkt op de vorige en steeds weer ben ik onder de indruk van wat dit prachtige land te bieden heeft. Het eiland waar we verbleven was super klein: er was een klein strandje waaraan een gemeenschappelijke ruimte en volleybalveld lag en daarnaast stonden een paar huisjes op palen in het water waar we in sliepen. Het was op dit kleine strandje dat ik meest bijzondere potje “presidenten” gespeeld heb: terwijl de zon achter de rotsen verdween en er rond ons eiland serene rust heerste.
Na een heerlijke nacht in ons eigen huisje op palen, werden we wakker met uitzicht op de stille baai. Dit was puur genieten en niet snel zal ik op nog zo’n mooie plek terechtkomen. Na het ontbijt stapten we in kano’s en peddelden we in een groep van ongeveer vijftien kano’s rond in het gebied en de nabijgelegen vissersvillage (een dorp op het water!). De mensen uit dit “dorp” hebben last van landziekte. Hun leven lang wonen ze op het water, waardoor vaste grond onder hun voeten maakt dat ze ziek worden, zoals sommigen van ons “landmensen” last hebben van zeeziekte. Na de mooiste plekjes te hebben gezien vanuit de kano en ons verteld was over de mythe van Halong Bay (niet veel van meegekregen door het steeds afdrijven van de kano waardoor we voortdurend terug moesten peddelen en niet veel van het verhaal konden horen) keerden we terug naar ons rotseiland waar de boot op ons wachtte die ons terug naar het vasteland zou brengen. Hier stond de bus richting Hanoi al te wachten en hier kwamen we eind van de middag aan. Voor het laatst namen we afscheid van iemand in Vietnam. Dit keer was het de beurt aan Tess om terug te gaan naar huis en dus om “doei” te zeggen tegen ons. Ik was inmiddels helemaal zat van het afscheid nemen en ook deze keer viel het weer zwaar. Als afsluiting hebben we lekker gegeten
Brechje van Nes
17 chapters
16 Apr 2020
December 19, 2017
|
Halong Bay & Hanoi
Het was tijd voor onze in eerste instantie uitgestelde trip naar Cat Ba. Cat Ba is een eiland in het Halong Bay gebied. Achteraf gezien was het een goede beslissing om eerst naar Sapa te gaan, want toen we de bus uit stapten, scheen de zon volop in onze gezichten. Veel tijd hadden we hier echter niet aangezien ons visum de 23e verliep, dus zodra we ingecheckt waren in het hostel boekten we een tweedaagse boottocht door het gebied en huurden we scooters om het eiland te verkennen. Heel groot was het niet en na een klein half uurtje stonden we aan de andere kant van het eiland onder aan een super steile trap die leidde naar een prachtig uitzichtpunt. De trap opklimmen was een ware uitdaging. Zoals op de foto te zien is waren we niet gezekerd en als je misstapte zou je daadwerkelijk naar beneden vallen (en dat zou je zeker niet overleven). Geen zorgen, we zijn allemaal weer veilig en zonder ongelukken op de grond terecht gekomen. De trap leidde naar een zendmast op een tientallen meters hoge rots. Gelukkig was het geen toeristische attractie, want elkaar passeren op de trap was niet mogelijk. Vanaf de rots had je een prachtig uitzicht over de baai met alle rotseilandjes waar het Halong Bay gebied bekend om staat. Door middel van dit soort activiteiten wordt mijn hoogtevrees beetje bij beetje afgebroken en boven op de rots en de trap had ik amper nog last van angst. Heb ik toch nog iets handigs bereikt deze reis.
In de avond vonden we het wel weer eens tijd voor een feestje. Het was al weer even geleden dat we uit geweest waren en daarbij was het onze laatste avond samen met Shemara en Loretta, van wie we die avond afscheid moesten nemen (zij vertrokken de volgende ochtend heel vroeg al)... In een klein plaatselijk kroegje verstoorden wij direct bij binnenkomst al de orde. Zet Nederlandse meiden in een kroeg waar ze zelf de muziek kunnen bedienen en je weet zeker dat je kroeg binnen enkele minuten op z’n kop staat. We waren die avond in een opper beste stemming en al snel knalden alle Nederlandse hitjes die we konden bedenken achter elkaar door de speakers en konden wij niet stoppen met dansen. De overige kroegbezoekers die rustig aan de bar en tafels zaten keken ons meer dan eens verstoord aan, maar daar trokken wij ons niks van aan. Toen een groep Canadese en Ierse jongens zich bij ons voegde, barstte het feestje pas echt los en we hebben gedanst tot de kroeg haar deuren sloot.
De volgende dag stapten we aan het begin van de middag in het busje dat ons naar onze boottour bracht. De boot voer ons, samen met nog ongeveer twintig andere jongeren, naar een van de rotseilanden waar we een nacht zouden slapen. Het was prachtig weer waardoor de omgeving alleen maar mooier werd. Weer een hele andere omgeving dan we hiervoor in het noorden gezien hebben en dit is ook het leuke van Vietnam: overal waar je komt ziet het er weer anders uit. Geen enkele plek lijkt op de vorige en steeds weer ben ik onder de indruk van wat dit prachtige land te bieden heeft. Het eiland waar we verbleven was super klein: er was een klein strandje waaraan een gemeenschappelijke ruimte en volleybalveld lag en daarnaast stonden een paar huisjes op palen in het water waar we in sliepen. Het was op dit kleine strandje dat ik meest bijzondere potje “presidenten” gespeeld heb: terwijl de zon achter de rotsen verdween en er rond ons eiland serene rust heerste.
Na een heerlijke nacht in ons eigen huisje op palen, werden we wakker met uitzicht op de stille baai. Dit was puur genieten en niet snel zal ik op nog zo’n mooie plek terechtkomen. Na het ontbijt stapten we in kano’s en peddelden we in een groep van ongeveer vijftien kano’s rond in het gebied en de nabijgelegen vissersvillage (een dorp op het water!). De mensen uit dit “dorp” hebben last van landziekte. Hun leven lang wonen ze op het water, waardoor vaste grond onder hun voeten maakt dat ze ziek worden, zoals sommigen van ons “landmensen” last hebben van zeeziekte. Na de mooiste plekjes te hebben gezien vanuit de kano en ons verteld was over de mythe van Halong Bay (niet veel van meegekregen door het steeds afdrijven van de kano waardoor we voortdurend terug moesten peddelen en niet veel van het verhaal konden horen) keerden we terug naar ons rotseiland waar de boot op ons wachtte die ons terug naar het vasteland zou brengen. Hier stond de bus richting Hanoi al te wachten en hier kwamen we eind van de middag aan. Voor het laatst namen we afscheid van iemand in Vietnam. Dit keer was het de beurt aan Tess om terug te gaan naar huis en dus om “doei” te zeggen tegen ons. Ik was inmiddels helemaal zat van het afscheid nemen en ook deze keer viel het weer zwaar. Als afsluiting hebben we lekker gegeten
met het groepje dat nog over was en even over de night market gelopen. Niemand had echt zin om nog uitgebreid de stad in te gaan nadat Tess eenmaal in de taxi was gestapt, dus onze eerste avond in Hanoi eindigde al vroeg.
In Hanoi, onze laatste stop in Vietnam, hadden we precies één dag om alles te zien wat we wilden. Er stonden een aantal dingen op het programma: lopen over het treinspoor dat dwars door de stad loopt en niet meer gebruikt word, eggkoffie drinken, naar een waterpuppetvoorstelling kijken en voor de laatste keer een typisch Vietnamese maaltijd gebruiken. Drie van de vier goals zijn gehaald. Het treinspoor was omheind door huizen en kraampjes en veelal hadden mensen hun spullen uitgestald op het treinspoor. Zo was er zelfs een klein terrasje met wat plastic stoelen op een bepaald stukje. Een bijzonder en vooral eigenaardig aangezicht. Er moesten natuurlijk de nodige foto’s gemaakt worden door ons, dus daar besteedden we onze ochtend aan. Over het spoor liepen we de stad in richting een klein cafeetje drie hoog achter waar ze blijkbaar de beste eggkoffie van Hanoi verkochten. Het is koffie voorzien van een mengsel van eigeel, gezoete melk en suiker wat opgeklopt is tot een
luchtig en haast slagroom achting goedje. Dit wordt op de koffie gegoten en voila, Hanoise eggcoffee. Laura, Lisa en ik waren in het begin wat sceptisch, maar na de eerste slok waren we verkocht. Deze calorieënbom was een enorme verrassing en een heerlijk tussendoortje. Het zoete van het eimengsel en het bittere van de Vietnamese koffie was een nieuwe smaaksensatie en het is zeker de moeite waard om dit thuis eens na te maken (als het lukt).
In de avond was het de bedoeling om een waterpuppetvoorstelling bij te wonen. Hierbij kan je het beeld voor je zien van de muppets in een groot waterbak onder begeleiding van enorm luide muziek en flitsende lichten. Een absolute must see als we het internet moesten geloven. Aangekomen bij de ticketverkoop wachtte ons een bordje met de tekst “show tonight sold out”. Geen puppetshow voor ons dus. In plaats daarvan zijn we nog maar een keer over de nightmarket gelopen en hebben we uitgebreid zitten eten. Voor ons op tafel werd een soort gourmetstel (thuis heb ik een enorme hekel aan gourmetten, maar dit kon ik niet overslaan) neergezet waarop we allerlei soorten vlees en groente moesten draperen. Een overheerlijke laatste maaltijd in dit prachtige land.
Vietnam heeft me verbaasd. Van tevoren had ik er heel veel zin in om op de motor dit land te ontdekken. Uiteindelijk werden dit bussen afgewisseld met scooters en in Halong Bay een boot. Er zijn haast niet genoeg woorden om uit te drukken hoe enorm ik heb genoten van de dertig dagen die ik in dit land heb door mogen brengen. Met zekerheid kan ik zeggen dat ik de allerleukste groep mensen had om deze tijd mee door te brengen wat al het afscheid nemen aan het einde lastig maakte en de herinnering aan Vietnam ook enigszins beladen maakt. De band die ik met deze mensen heb opgebouwd beschouw ik als erg speciaal en ik zal nooit vergeten hoe ik bijvoorbeeld met Tess alle honden Rabiës noemde, hoe ik met Kevan kon genieten van gin tonics, hoe we met z’n allen elkaar warm moesten houden in het koude Sapa en Ha Giang, hoe we “genoten” van noodlesoep als ontbijt, hoe iedereen elke avond fanatiek meedeed aan de kaartspelletjes en hoe we elke keer weer een chaos maakten van de dorm die we meestal voor onszelf hadden aangezien we met zo’n grote groep waren. Als een kleine familie reisden we door het land en soms kwam het wel eens ter sprake dat het misschien te comfortabel en te vanzelfsprekend was geworden om met elkaar te reizen. Of we niet op moesten splitsen om onszelf weer wat meer uit te gaan dagen tijdens het reizen. Geprobeerd, maar niet gelukt. Als magneten kwamen we toch weer bij elkaar terecht en gingen we samen verder.
Daarbij vind ik Vietnam een ongelofelijk mooi land. Het heeft alles te bieden waar je om zou kunnen vragen: grote, drukke steden en kleine, primitieve dorpjes; zon, regen, warmte en kou; strand en bergen; rotsen en groene heuvels; culturele bezienswaardigheden en grote
nachtclubs waar je kunt dansen tot de zon opkomt. De bevolking is uiterst vriendelijk, wil je hun land leren kennen en is altijd bereid je te helpen. Maar het meest fascinerende aan dit land vind ik misschien toch wel de enorme verkeerschaos. Nog nooit heb ik zoveel scooters en auto’s door elkaar zien rijden als een legpuzzel die precies goed in elkaar geschoven wordt. Een gecontroleerde chaos. Aan de hand van toeteren, communiceert men met elkaar om ongelukken te voorkomen. Scooters die vier of vijf personen vervoeren zijn geen uitzondering en de meest vreemde objecten worden vervoerd. Zo heb ik een scooter met vier bomen (grote bomen, geen kleintjes) erop gebonden gezien. Je vraagt je bij zoiets toch af hoe men zijn of haar scooter daarmee in balans kan houden. Zelf aan dit wereldberoemde drukke verkeer deelnemen, was een van de leukste dingen om te doen en de uitdrukking ”wie in Vietnam kan rijden, kan overal rijden” knoop ik in mijn oren.
Al met al een onmogelijk fantastisch en prachtig land waar ik langzaam verliefd op ben geworden en wat ik het liefst aan iedereen zou willen laten zien. Misschien wel alleen om het feit dat ik er dan naar terug kan!
1.
Nog 1 week
2.
De vlucht naar Thailand
3.
Chiang Mai
4.
Homestay
5.
De weg door Laos
6.
Been there, Don Det
7.
Feest, tempels en verdriet
8.
Islandlife
9.
Kapot in Kampot
10.
The city of chaos
11.
Het is zwemmen of verzuipen
12.
Nieuwe kleren en scooterpret
13.
Change of plans
14.
De Ha Giang loop
15.
Halong Bye
16.
Thailand 2.0
17.
Terug in de tijd
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!