Dag 16: Terug naar Zweden

Zoals verwacht werden we gewekt door een stralend zonnetje dat door het gordijn naar binnen scheen. Zo koud, nat en miezerig als het gisteren op de rustdag was, zo warm, droog en stralend is vandaag. Maar we hebben ondertussen geleerd daarmee om te gaan. Het weer is deze hele vakantie niet best geweest, veel regen en veel wolken, het was met grote regelmaat erg koud, maar het heeft ons nooit van ons plan doen afwijken. Nat worden doe je maar een keer, dus als je nat bent kun je net zo goed doorgaan. Toch is het natuurlijk veel fijner met mooi weer. Lekker buiten ontbeten en nog even van het zonnetje genoten en toen op weg. Kwart over tien reden we van de camping af richting Oslo. Al snel maakten we voor het eerst kennis met de echte Noorse autosnelweg. En ach, ze zijn iets minder bochtig (maar nog steeds niet helemaal recht), je mag er wat harder rijden en het is er wat drukker, maar verder gaat die snelweg door hetzelfde mooie landschap als alle andere wegen. Het enige is dat je niet echt door dorpjes rijdt en geen winkeltjes tegenkomt. Vlak bij Oslo kwamen we in een flinke file terecht. Een knooppunt waar vier wegen samenkwamen, tja dat loopt zelfs hier vast rond het middaguur. Er bleek even verderop een pretpark te zitten, er zijn allemaal achtbanen tegen de rots helling op gebouwd en we zagen draaimolens en dergelijke. Daar was de file op gericht, want toen we dat punt voorbij waren was ook de file op onze baan opgelost. Een uurtje verderop maar even een stop gehouden bij de benzinepomp. Niet om te tanken, maar om de Noorse kronen op te maken. We hebben een stapel yoghurtjes, broodjes voor de lunch en wat flesjes drinken gekocht en toen was het Noorse geld tot op de laatste kroon op. De volgende stop zou in Zweden zijn. Na al die dagen bergweggetjes rijden is de snelweg wel wat saai aan het worden. Helemaal in Zweden waar de snelweg nog meer op de Nederlandse snelwegen lijkt is het wel minder leuk rijden. Maar ja, we willen nu gewoon richting huis. We rijden door Göteborg, waar ook al zo’n pretpark te vinden is en houden richting Malmö aan. Zowel in Noorwegen als in Zweden staat op de snelweg aangegeven als er een camping in de buurt van de snelweg ligt. Een half uurtje buiten Göteborg zien we zo’n bordje staan en nemen de afslag. Het dorpje waar we uit komen heet Fjärås en de camping Silverlycast. We rijden een grote groene weide op met allemaal hutjes aan de overkant en caravans aan de zijkanten. Het geheel oogt erg vriendelijk. Als ik op de receptie toeloop worden we heel hartelijk ontvangen door de dame van de receptie. Er zijn nog drie hutjes leeg en we krijgen van alle drie de sleutel, we moeten eerst kijken voor we kiezen. We kiezen hutje 8. Dit is de duurste van de

drie, 500 kronen, maar voor Noorse begrippen is dat redelijk goedkoop hahah. Een leuk hutje met veranda in het zonnetje. We beginnen dan ook maar met genieten van de zon. Uitpakken komt later wel, zoveel zon hebben we nog niet gezien. Ook op deze camping blijkt weer dat onze tactiek goed heeft gewerkt, bijtijds vertrekken en zorgen dat je rond half vier ’s middags op een camping bent. Wij hadden nog keus uit huisjes, maar om zeven uur was alles vol.
Het eten bestaat vanavond uit de restjes die we nog in de auto hebben: champignon soep, knakworstjes, knäckebröd en een yoghurtje die we van de laatste Noorse kronen hebben gekocht. Morgen hadden we elkaar die Duitse schnitzel beloofd, dus dit is de laatste dag om die restjes op te maken. Niks mis mee hoor, allemaal lekkere dingen, alleen beetje rare combi misschien haha maar dat went snel genoeg. Als ik zo in de kratten in de auto kijk zie ik dat we eigenlijk, op de zaklantaarns na, niets mee hebben gekomen dat niet gebruikt is. Het reserve eten is bijna op, de kleding is bijna allemaal gebruikt en de camping spulletjes ook. Voor zulke onervaren kampeerders best wel knap al zeg ik het zelf. Ik had natuurlijk een beetje ervaring met festivals, maar niet met echt op vakantie gaan op deze manier. Het is een van de beste vakanties die ik ooit heb gehad. Het gevoel van vrijheid, gaan en staan waar je wilt, geen ruzie of iets dergelijks gehad, maar één keer een dip-dagje. Daar kan zelfs het slechte weer niets meer aan afdoen, deze vakantie was/is super!