Vandaag zijn we de hele dag op tocht geweest met onze gids.
Vooreerst een klein beetje achtergrondinformatie bij de streek die we bezocht hebben. Zonder deze achtergrond is veel van wat die dag werd gezien en besproken niet te begrijpen.
De Biescczady, een klein, middelhoog massief, deel van de oostelijke Karpaten strekt zich uit over de zuidoostpunt van Polen en zet zich voort in Slowakije en Oekraïne. Al doen de zachte glooiingen van de bergruggen weinig woest aan, toch is dit het meest verlaten en onherbergzame gebied van het land.
In de middeleeuwen werd het gebied bevolkt door groepen uit de streken rond Krakau en daarna door Roethenen uit het oosten. In de 18de eeuw, bij de ‘eerste verdeling’ van Polen kwam dit kleine, afgelegen territorium aan de rand van het Poolse koninkrijk onder Oostenrijk. We hadden dezelfde keizer-koster ‘Jozef II’.
De eerste helft van de 20ste eeuw is de meest tragische periode in de geschiedenis van het Bieszczady-gebied.
In de Eerste Wereldoorlog lagen de linies die het Russische leger van het Oostenrijkse scheidden in de bergen tot aan Przemyśl. Tijdens zeer hevige gevechten vonden 100.000 Oostenrijkers de dood. Na de eerste wereldoorlog woedden de gevechten voort tijdens de Pools-Oekraïense Oorlog (1918-1919).
Tijdens de Tweede Wereldoorlog doodden de Duitsers de Joden terwijl de Oekraïners massaal de Polen vermoordden. In de jaren 1944-1946 werd een deel van de Oekraïense bevolking gedeporteerd uit Bieszczady naar het toenmalige Sovjet-Oekraïne (USSR).
In de jaren 1945-1947 woedde weer een burgeroorlog, nu tegen het leger van Oekraïense opstandelingen, dat probeerde er een onafhankelijke en „etnisch zuivere” Oekraïense staat op te zetten. Na een moordaanslag op een generaal sloeg het Poolse leger in 1947 keihard terug: hele dorpen verdwenen van de landkaart doordat de complete bevolking tijdens de zogenaamde operatie ‘Vistula’ werd vermoord of gedeporteerd naar Oekraïne of het westen van Polen (het (ex-Duitse) Poolse Vorpommern en Neder-Silezië), waar ze de plaatsen van de naar Duitsland verdreven Duitsers innamen. Overwoekerde kerkhofjes wijzen op de tragedie die zich hier afspeelde.
Het resultaat van al deze deportaties was een bijna complete ontvolking en verwoesting van het gebied en de natuur. Tientallen dorpen hielden op te bestaan en de technische infrastructuur was vernietigd. Een ander gevolg van deze ontheemding was een complete verandering van de lokale, nationale en religieuze structuur van de bevolking.
Polen begon in het midden van de jaren ’50 van de 20ste eeuw met de her-bevolking van de streek. .
Pas eind jaren vijftig werd het geheel ontvolkte berggebied weer ontsloten door de aanleg van een rondweg en wat kleine houtvesterijen. Vandaag worden deze bergen bewoond door net iets meer dan 50 duizend mensen (de overgrote meerderheid van hen zijn nu Polen). Hiervan leeft de helft in de drie kleine steden: Ustrzyki Dolne, Lesko en Zagórz. De laatste jaren wordt dit prachtige, zij het verre berggebied terecht populair bij meer avontuurlijk ingestelde natuurliefhebbers.
Tocht langs de houten kerken
Dal van de Osława. Onze rit begon bij Zagórz, waar de Osława uitmondt in de San. Gedurende 40 km slingert de route zich door een prachtig landschap van dalen met ongemaaide weiden en bossen. Ongewild ongerepte natuur te wijten aan de dramatische ontvolking van dit gebied.
Hier en daar zien we houten kerken die in de 19de eeuw zijn gebouwd door het Łemko-volk. De meeste van dit type kerken werden in oorlogen of in de communistische periode verwoest. Een aantal ervan zijn nu hersteld.
In de kerk van Morochów was een eredienst bezig. De kerk is gebouwd op een heuvel en is te bereiken via een pad dat begint aan de weg. Het is sinds 1961 een orthodoxe kerk, maar hij werd in 1837 gebouwd door Grieks-roomse katholieken. Binnen is een iconostase uit de 19de eeuw te bewonderen.
In Szczawne had onze gids een mevrouw gecontacteerd, die met het grote bos sleutels de kerk kwam openmaken. De Kerk van het Ontslapen van Maria is in 1888 door de Grieks-katholieken gebouwd, maar wordt nu door de orthodoxe gemeenschap gebruikt. De kerk heeft een opvallend groen, bolvormig dak. De houten klokkentoren die los van de kerk staat, werd een jaar later gebouwd. De iconostase is hedendaags, maar op de muren zit een prachtige polychrome schildering uit 1925.
In Morochow kwamen we een groepje Fransen uit Fréjus tegen. Ze deden dezelfde Michelin-rondrit langs de houten kerken. Heel avontuurlijke mensen want ze spraken geen woord Engels, noch Pools. Wij werden gevraagd om wat uitleg, die onze Poolse gids in het Engels gaf, te vertalen in het Frans.
Toeval wil dat de priester, die de mis opdroeg in Morochow ook de priester van Szczawne is. Hij had zijn studies gedaan aan het hoger instituut voor Grieks-orthodoxe religie in Parijs. Niet alleen dat, hij was er gehuwd met een Parisienne. De priester kwam langs en gaf een hele uitleg over de geschiedenis van het gebied, de uitroeiing van 1947 en de geschiedenis van de kerk in het Frans. Ook mooi meegenomen voor ons dus.
Verderop hebben we de Franse groep nog een tweetal keren ontmoet. Rond de middag zijn onze wegen uit elkaar gegaan.
Toch nog een woordje over de verschillende soorten katholieken die in deze regio wonen. Er zijn de ons bekende Rooms-katholieken en de Grieks-orthodoxen. Daarnaast is er sedert de reformatie, einde 16de eeuw, een groep katholieken die de paus erkennen maar toch de Grieks-orthodoxe ritus volgen. Men noemt hen de Grieks-katholieken. Ooit was het een praktische oplossing om vervolging en uitroeiing te vermijden. Veelal zijn de afbeeldingen in de Grieks-katholieke kerken een vermenging van de rooms-katholieke en orthodoxe iconografie. De kerken hebben allemaal een iconostase. Bij het opnieuw in gebruik nemen van de kerken in de regio worden veel Grieks-katholieke kerken gebruikt door orthodoxen of rooms-katholieken. Bij gebruik door de Rooms-katholieken zijn de deuren van de iconostase weggehaald en is er een altaar toegevoegd.
Onze attente gids had toch een lunchstop gepland voor ons. Hijzelf at of dronk vandaag niet. Het waarom, daar hebben geen antwoord op gekregen. Leszek zal er wel zijn reden voor gehad hebben.
Omdat er op onze route weinig culinairs te vinden was, leidde hij ons naar Slowakije. De weg ging stijl omhoog, maar was de laagste pas over de grens. Het was een doorgang waar dikwijls hard om gestreden werd in tijd van oorlog.
We vonden het wel spannend. Heel plots waren we dan in “Het Buitenland”. Het ziet er net zo uit als de Poolse kant. Alleen de opschriften en naambordjes konden we nu helemaal niet meer lezen. In Medzilaborce, een grijs-uitziend stadje, stopten we bij een groot en modern gebouw, het Euro Hotel.
We are having lunch here? – “Yes”.
Het zag er eerder verlaten uit voor een business-hotel en in het restaurant zat 1 bejaarde dame ernstig soep te eten. Waarschijnlijk “Borzs”. Het was stil, geen muziek, geen gebabbel, niemand kwam naar ons toe om ons een plaats te wijzen, niemand zei goeiedag. Dit leek hard op “Moscow Airport 1976”, ons eerst contact met Rusland dan.
Maar wat, hier zijn we in Slowakije 2017 met een gids die 4 Slavische talen én Engels spreekt…. maar niet wil eten (???) Hij bestelde zichzelf wel een klein biertje. Ja, dan had hij toch iets van calorieën binnen.
Leszek zorgde er wel voor dat we een menukaart kregen, eten en drinken. We hadden voor de veiligheid forel genomen, om niet gefopt te worden met schnitzels, koteletten en gehaktballen!!!
Het was echt lekker en meteen een aangename verpozing tussen de rondritten vandaag.
De vallei van de San
Tegen halfdrie zetten we onze tocht langs de kerkjes voort. Leszek suggereerde om nu de kerkjes ten noorden van Sanok te bekijken. Deze liggen langs de rivier de San.
Op het meest noordelijke punt ligt het kerkje van Ulucz, de kerk van de hemelvaart. Het behoort tot de oudste Poolse houten kerkjes van de Oosters-orthodoxe rite en zou dateren uit de periode 1510-17. Het is nu onderdeel van het ‘Sanok Folk Architecture Museum’ (het etnologisch museum van Sanok). Het is gelegen in een bos bovenop een heuvel, slechts via een steile klim van 300 m te bereiken.
Bovengekomen zie je rond de kerk een kerkhof van sobere houten kruisjes. Het is de plaats waar men na de burgeroorlog van 1947 een massagraf heeft aangetroffen. Kruisjes gemaakt met takken uit het omringende bos, leiden in rijen als in een processie naar de ingang van de kerk. Men heeft er een zeer ingetogen, pakkende herdenkingsplaats van gemaakt, waar men stil van wordt.
May 25, 2017
|
Zagroda Krasna, Berezka
Vandaag zijn we de hele dag op tocht geweest met onze gids.
Vooreerst een klein beetje achtergrondinformatie bij de streek die we bezocht hebben. Zonder deze achtergrond is veel van wat die dag werd gezien en besproken niet te begrijpen.
De Biescczady, een klein, middelhoog massief, deel van de oostelijke Karpaten strekt zich uit over de zuidoostpunt van Polen en zet zich voort in Slowakije en Oekraïne. Al doen de zachte glooiingen van de bergruggen weinig woest aan, toch is dit het meest verlaten en onherbergzame gebied van het land.
In de middeleeuwen werd het gebied bevolkt door groepen uit de streken rond Krakau en daarna door Roethenen uit het oosten. In de 18de eeuw, bij de ‘eerste verdeling’ van Polen kwam dit kleine, afgelegen territorium aan de rand van het Poolse koninkrijk onder Oostenrijk. We hadden dezelfde keizer-koster ‘Jozef II’.
De eerste helft van de 20ste eeuw is de meest tragische periode in de geschiedenis van het Bieszczady-gebied.
In de Eerste Wereldoorlog lagen de linies die het Russische leger van het Oostenrijkse scheidden in de bergen tot aan Przemyśl. Tijdens zeer hevige gevechten vonden 100.000 Oostenrijkers de dood. Na de eerste wereldoorlog woedden de gevechten voort tijdens de Pools-Oekraïense Oorlog (1918-1919).
Tijdens de Tweede Wereldoorlog doodden de Duitsers de Joden terwijl de Oekraïners massaal de Polen vermoordden. In de jaren 1944-1946 werd een deel van de Oekraïense bevolking gedeporteerd uit Bieszczady naar het toenmalige Sovjet-Oekraïne (USSR).
In de jaren 1945-1947 woedde weer een burgeroorlog, nu tegen het leger van Oekraïense opstandelingen, dat probeerde er een onafhankelijke en „etnisch zuivere” Oekraïense staat op te zetten. Na een moordaanslag op een generaal sloeg het Poolse leger in 1947 keihard terug: hele dorpen verdwenen van de landkaart doordat de complete bevolking tijdens de zogenaamde operatie ‘Vistula’ werd vermoord of gedeporteerd naar Oekraïne of het westen van Polen (het (ex-Duitse) Poolse Vorpommern en Neder-Silezië), waar ze de plaatsen van de naar Duitsland verdreven Duitsers innamen. Overwoekerde kerkhofjes wijzen op de tragedie die zich hier afspeelde.
Het resultaat van al deze deportaties was een bijna complete ontvolking en verwoesting van het gebied en de natuur. Tientallen dorpen hielden op te bestaan en de technische infrastructuur was vernietigd. Een ander gevolg van deze ontheemding was een complete verandering van de lokale, nationale en religieuze structuur van de bevolking.
Polen begon in het midden van de jaren ’50 van de 20ste eeuw met de her-bevolking van de streek. .
Pas eind jaren vijftig werd het geheel ontvolkte berggebied weer ontsloten door de aanleg van een rondweg en wat kleine houtvesterijen. Vandaag worden deze bergen bewoond door net iets meer dan 50 duizend mensen (de overgrote meerderheid van hen zijn nu Polen). Hiervan leeft de helft in de drie kleine steden: Ustrzyki Dolne, Lesko en Zagórz. De laatste jaren wordt dit prachtige, zij het verre berggebied terecht populair bij meer avontuurlijk ingestelde natuurliefhebbers.
Tocht langs de houten kerken
Dal van de Osława. Onze rit begon bij Zagórz, waar de Osława uitmondt in de San. Gedurende 40 km slingert de route zich door een prachtig landschap van dalen met ongemaaide weiden en bossen. Ongewild ongerepte natuur te wijten aan de dramatische ontvolking van dit gebied.
Hier en daar zien we houten kerken die in de 19de eeuw zijn gebouwd door het Łemko-volk. De meeste van dit type kerken werden in oorlogen of in de communistische periode verwoest. Een aantal ervan zijn nu hersteld.
In de kerk van Morochów was een eredienst bezig. De kerk is gebouwd op een heuvel en is te bereiken via een pad dat begint aan de weg. Het is sinds 1961 een orthodoxe kerk, maar hij werd in 1837 gebouwd door Grieks-roomse katholieken. Binnen is een iconostase uit de 19de eeuw te bewonderen.
In Szczawne had onze gids een mevrouw gecontacteerd, die met het grote bos sleutels de kerk kwam openmaken. De Kerk van het Ontslapen van Maria is in 1888 door de Grieks-katholieken gebouwd, maar wordt nu door de orthodoxe gemeenschap gebruikt. De kerk heeft een opvallend groen, bolvormig dak. De houten klokkentoren die los van de kerk staat, werd een jaar later gebouwd. De iconostase is hedendaags, maar op de muren zit een prachtige polychrome schildering uit 1925.
In Morochow kwamen we een groepje Fransen uit Fréjus tegen. Ze deden dezelfde Michelin-rondrit langs de houten kerken. Heel avontuurlijke mensen want ze spraken geen woord Engels, noch Pools. Wij werden gevraagd om wat uitleg, die onze Poolse gids in het Engels gaf, te vertalen in het Frans.
Toeval wil dat de priester, die de mis opdroeg in Morochow ook de priester van Szczawne is. Hij had zijn studies gedaan aan het hoger instituut voor Grieks-orthodoxe religie in Parijs. Niet alleen dat, hij was er gehuwd met een Parisienne. De priester kwam langs en gaf een hele uitleg over de geschiedenis van het gebied, de uitroeiing van 1947 en de geschiedenis van de kerk in het Frans. Ook mooi meegenomen voor ons dus.
Verderop hebben we de Franse groep nog een tweetal keren ontmoet. Rond de middag zijn onze wegen uit elkaar gegaan.
Toch nog een woordje over de verschillende soorten katholieken die in deze regio wonen. Er zijn de ons bekende Rooms-katholieken en de Grieks-orthodoxen. Daarnaast is er sedert de reformatie, einde 16de eeuw, een groep katholieken die de paus erkennen maar toch de Grieks-orthodoxe ritus volgen. Men noemt hen de Grieks-katholieken. Ooit was het een praktische oplossing om vervolging en uitroeiing te vermijden. Veelal zijn de afbeeldingen in de Grieks-katholieke kerken een vermenging van de rooms-katholieke en orthodoxe iconografie. De kerken hebben allemaal een iconostase. Bij het opnieuw in gebruik nemen van de kerken in de regio worden veel Grieks-katholieke kerken gebruikt door orthodoxen of rooms-katholieken. Bij gebruik door de Rooms-katholieken zijn de deuren van de iconostase weggehaald en is er een altaar toegevoegd.
Onze attente gids had toch een lunchstop gepland voor ons. Hijzelf at of dronk vandaag niet. Het waarom, daar hebben geen antwoord op gekregen. Leszek zal er wel zijn reden voor gehad hebben.
Omdat er op onze route weinig culinairs te vinden was, leidde hij ons naar Slowakije. De weg ging stijl omhoog, maar was de laagste pas over de grens. Het was een doorgang waar dikwijls hard om gestreden werd in tijd van oorlog.
We vonden het wel spannend. Heel plots waren we dan in “Het Buitenland”. Het ziet er net zo uit als de Poolse kant. Alleen de opschriften en naambordjes konden we nu helemaal niet meer lezen. In Medzilaborce, een grijs-uitziend stadje, stopten we bij een groot en modern gebouw, het Euro Hotel.
We are having lunch here? – “Yes”.
Het zag er eerder verlaten uit voor een business-hotel en in het restaurant zat 1 bejaarde dame ernstig soep te eten. Waarschijnlijk “Borzs”. Het was stil, geen muziek, geen gebabbel, niemand kwam naar ons toe om ons een plaats te wijzen, niemand zei goeiedag. Dit leek hard op “Moscow Airport 1976”, ons eerst contact met Rusland dan.
Maar wat, hier zijn we in Slowakije 2017 met een gids die 4 Slavische talen én Engels spreekt…. maar niet wil eten (???) Hij bestelde zichzelf wel een klein biertje. Ja, dan had hij toch iets van calorieën binnen.
Leszek zorgde er wel voor dat we een menukaart kregen, eten en drinken. We hadden voor de veiligheid forel genomen, om niet gefopt te worden met schnitzels, koteletten en gehaktballen!!!
Het was echt lekker en meteen een aangename verpozing tussen de rondritten vandaag.
De vallei van de San
Tegen halfdrie zetten we onze tocht langs de kerkjes voort. Leszek suggereerde om nu de kerkjes ten noorden van Sanok te bekijken. Deze liggen langs de rivier de San.
Op het meest noordelijke punt ligt het kerkje van Ulucz, de kerk van de hemelvaart. Het behoort tot de oudste Poolse houten kerkjes van de Oosters-orthodoxe rite en zou dateren uit de periode 1510-17. Het is nu onderdeel van het ‘Sanok Folk Architecture Museum’ (het etnologisch museum van Sanok). Het is gelegen in een bos bovenop een heuvel, slechts via een steile klim van 300 m te bereiken.
Bovengekomen zie je rond de kerk een kerkhof van sobere houten kruisjes. Het is de plaats waar men na de burgeroorlog van 1947 een massagraf heeft aangetroffen. Kruisjes gemaakt met takken uit het omringende bos, leiden in rijen als in een processie naar de ingang van de kerk. Men heeft er een zeer ingetogen, pakkende herdenkingsplaats van gemaakt, waar men stil van wordt.
1.
Polen 2017 - 14 Mei tot 15 Juni
2.
Dag 1 - Aartselaar naar Görlitz
3.
Dag 2 - Van Görlitz naar Szymkówka
4.
Dag 3 - Bielovodska Dolina, Slovakije
5.
Dag 4 - Morskie Oko
6.
Dag 5 - Rustdag
7.
Dag 6 - Chochołowska Vallei
8.
Dag 7 - Szymkówka
9.
Dag 8 - Zakopane op zondag
10.
Dag 10 - Naar Zagroda Krasna, Berezka
11.
Dag 11 - Sanok (deel 1)
12.
Dag 12 - Rondrit langs de houten kerkjes
13.
Dag 13 - Rondrit
14.
Dag 14 - Sanok - Etnologisch Museum
15.
Dag 15 - Zagroda Krasna, Berezka - Rust
16.
Dag 16 - Naar Zamosc
17.
Dag 18 - Van Zamosc naar Lodz
18.
Dag 19 - Lodz - Stadsbezoek
19.
Dag 22 - Zelazowa Wola
20.
Dag 23 - Van Lodz naar Malbork
21.
Dag 25 - Szafarnia
22.
Dag 26 - Van Malbork naar Lebsko
23.
Dag 28 - Leba - Wandelen in de regen
24.
Dag 29 - Leba - De wandelende duinen
25.
Dag 30 - Kluki
26.
Dag 31 - Leba - Strand
27.
Dag 32-33 - Over Veltheimsburg naar huis
Create your own travel blog in one step
Share with friends and family to follow your journey
Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!