Azoren 2011

Dag 5. Aantal kilometers: auto 166; lopen 10.
Weer: zon, mist, wind regen 12ºC.

Het weer vanmorgen was hetzelfde als de beide vorige dagen, zware bewolking en veel wind. We zijn in oostelijke richting gereden naar het Lagoa do Fogo. Ook dit Vuurmeer is een kratermeer en ligt in een bijna ongerept ruig vulkaanlandschap. De weg ging flink omhoog totdat we in de mist kwamen. De top van de vulkaan lag in de wolken. Tussen de grauwe wolkensluiers was een desolaat vulkaanlandschap te zien met geërodeerde heuvels begroeid met een heideachtig vegetatie. Het deed erg denken aan bepaalde delen van Ierland, IJsland en de Faeröer. De temperatuur was ook noordelijk, de jas moest aan. Nadat we een tijdje in de mist hadden gereden, zagen we bij een doorkijkje het meer liggen onder een deken van wolken. Het was een prachtig gezicht, de snel voortjagende wolkenflarden over de donkergroene hellingen van het meer. Het lokte niet echt om naar beneden te lopen vanwege het moeilijk

lilytocila

14 chapters

16 Apr 2020

Eiland: São Miguel: Ponta Delgada

April 20, 2011

Dag 5. Aantal kilometers: auto 166; lopen 10.
Weer: zon, mist, wind regen 12ºC.

Het weer vanmorgen was hetzelfde als de beide vorige dagen, zware bewolking en veel wind. We zijn in oostelijke richting gereden naar het Lagoa do Fogo. Ook dit Vuurmeer is een kratermeer en ligt in een bijna ongerept ruig vulkaanlandschap. De weg ging flink omhoog totdat we in de mist kwamen. De top van de vulkaan lag in de wolken. Tussen de grauwe wolkensluiers was een desolaat vulkaanlandschap te zien met geërodeerde heuvels begroeid met een heideachtig vegetatie. Het deed erg denken aan bepaalde delen van Ierland, IJsland en de Faeröer. De temperatuur was ook noordelijk, de jas moest aan. Nadat we een tijdje in de mist hadden gereden, zagen we bij een doorkijkje het meer liggen onder een deken van wolken. Het was een prachtig gezicht, de snel voortjagende wolkenflarden over de donkergroene hellingen van het meer. Het lokte niet echt om naar beneden te lopen vanwege het moeilijk

begaanbare, glibberige pad en de windstoten van zeker windkracht 8. Af en toe viel er een beetje motregen, maar dat was niet echt hinderlijk. We besloten om dit meer te bewaren voor als het weer wat beter zou zijn. Nu was het grootste deel bedekt met wolken. We gingen weer terug naar de kust en reden door naar het volgende vulkanische meer, het Lagoa da Furnas, het Kratermeer. In dit gebied zijn thermale activiteiten te zien zoals heetwaterbronnen en modderpotten. Bij de rand van het meer was een geothermisch gebied met verscheidene heetwaterbronnen. Bijzonder was een aantal gaten in de grond, gemaakt van gresbuizen, waar onderin hete modder borrelde. Deze gaten worden gebruikt om een specialiteit van deze streek te bereiden, een soort stoofpot van vlees en groenten. De restaurants, maar ook de plaatselijke bevolking maken hier gretig gebruik van, vooral in het weekend als men hier picknickt. We hebben al heel wat vulkanische verschijnselen gezien, zodat het niet echt een hoogtepunt was, maar het is altijd weer leuk om te zien dat

we maar op een velletje van koele grond leven en in dit geval een heel dun velletje. We zijn daarna om het meer gelopen, een prachtig pad langs de steile kraterwand. Het was goed beschut tegen de wind. Op het meer zagen we de windstoten het water geselen zodat het in grote waaiers van sproeiwater over de wateroppervlakte vloog. Het pad liep door een tunnel van coniferen en later van bamboe. Steeds hadden we doorkijkjes op het meer, dat was bedekt met grote schuimkoppen op de opzweepte golven. Aan het eind van het meer stond, heel eenzaam, een oude kerk, nog niet vervallen tot ruïne maar duidelijk van God los. Deze kerk versterkte de desolate sfeer van dit gebied. We kwamen nu op een, aan de elementen, blootgesteld stuk pad. We worstelden tegen de stormachtige wind in. Daarbij moesten we ook alert zijn op vallende stukken hout uit de bomen. Overal zagen we afgerukte takken en vruchten liggen. Het ging gelukkig goed. Aan het eind van de wandeling zagen we tot onze grote verrassing een lepelaar druk foeragerend aan de oever van het meer. Hij had aan

beide poten kleurringen. Later hoorden we dat hij in België was geringd. Volgens Flip hoorden hier geen lepelaar te zijn, die moesten nu in Nederland zitten na een lange tocht uit Mauritanië. Wellicht was deze flink verdwaald. Na de wandeling zijn we gaan eten in Furnas. Dit plaatsje staat bekend om de thermale baden. We vonden een klein eettentje, maar daar konden we niet eten werd ons duidelijk gemaakt. De eigenaar vroeg ons hem te volgen. Hij ging naar zijn auto. We maakten hem duidelijk dat we ook met een auto waren. Hij was puur op onze rugzakken afgegaan en dacht dat we wandelend zijn bedrijf hadden gevonden. We moesten achter hem aanrijden. We reden een flink stuk totdat we in Furnas zelf waren aangekomen en hij ons een restaurant aanwees. Kom daar eens om in Nederland, dat een kroegeigenaar zijn zaak een tijdje alleen laat om mensen een eetgelegenheid te wijzen. Het restaurant was een toeristisch zaakje, begrijpelijk in een van de toeristische trekpleisters van São Miguel. We namen gegrilde sardines en brood met vlees. Het was smakelijk

maar niets bijzonders. Er was ook een thermaal bad. Het bleek een badje te zijn met bruin ijzerhoudend water. Lily wilde wel in bad, maar Flip zag het niet zo zitten. Zodoende hebben we eerst het stadje verkend. Dat viel een beetje tegen. Er waren nog wat borrelende heetwaterbronnen, maar geen andere thermale baden te vinden. We hadden daar echt wat meer van verwacht. We zijn daar- om naar de noordkust gereden en hebben daar een aantal mooie uitzichtpunten op de wilde kust bekeken. Door de harde wind was de zee extra wild en de hele kuststrook was wit van het schuim en sproei-water. Als laatste bekeken we de vuurtoren van Ponta do Cintrão. Het was een torentje, maar het was weer een nieuwe in onze collectie. 's Avonds hebben we niet zo ver van ons hotel gegeten in een klein tentje. We hadden allebei vlees, rund en varken, smakelijk. We namen er weer glazen wijn bij. Wijn was op het eiland spotgoedkoop. Je kreeg meestal een glas, type miskelk, en dat werd tot de rand gevuld. Het kostte bijna niets en was altijd goed te drinken.

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.