Onze wereldreis

Nadat we onze stempels bij beide grensposten hadden gekregen en een heel mooi visum van Cambodja, stapten we 13 februari Cambodja binnen en werden we met de bus naar Phnom Penh gebracht. Helaas niet bij één van de bushaltes in het centrum, daar reed de bus voorbij, maar bij een bushalte net buiten de stad. En dit was niet zonder reden. De busorganisatie had bij die halte namelijk tuktuks staan, waarmee ze ons voor 6 dollar extra (weer terug) naar het centrum konden brengen. Uiteindelijk helemaal niet erg, want zo kon je lekker om je heen kijken. Na ongeveer een half uurtje kwamen we aan bij ons guesthouse, waar ik, nadat we net hadden ingecheckt, ontdekte dat ik mijn telefoon niet had. Shit, ik wist precies waar die was, hij lag nog in de bus in het vakje dat in de stoel voor me zat!! Na niet lang aarzelen besloten we gauw geld te pinnen en een tuktuk naar de halte terug te nemen, al wisten we niet precies waar het was. Het kostte ons uiteindelijk anderhalf uur (!) om te pinnen en met de tuktuk bij de halte te komen en met elke minuut die verstreek verloren we meer hoop dat we mijn telefoon nog terug zouden vinden. En ja hoor, geluksvogels die we zijn, vinden we de halte, staat de bus er nog, wordt er gauw gebeld door een meneer bij het kantoortje naar de schoonmakers die in de bus zijn en geeft de schoonmaker mij mijn telefoon terug.

Helemaal vrolijk stapten we weer in de tuktuk en zijn naar het guesthouse gereden, waarna we in een restaurant in de buurt hebben gegeten. Het eten was lekker maar het duurde anderhalf uur voordat we wat kregen en we kregen ook nog alleen maar de frietjes en pas een half uur later de kip, waardoor je frietjes al helemaal koud waren (en later al op, omdat je zo veel honger had). En toen we dachten dat we gewoon een verkeerd restaurant hadden gekozen, bleek dat we alle andere keren in Phnom Penh heel lang zouden moeten wachten op ons eten, zowel voor ontbijt, lunch als diner (soms meer dan twee uur voordat je één van de dingen kreeg die je besteld had). Frustrerend!

De volgende dag zijn we op tijd opgestaan en na het ontbijt lopend naar het Tuol Sleng museum gegaan (dat was maar een kwartiertje lopen van ons hotel). Het Tuol Sleng museum was vroeger een middelbare school, maar de school werd onder het regime van Pol Pot gesloten en werd een plek waar de gevangenen van de Rode Khmer werden gemarteld en gevangen gehouden. Een deel van de lokalen deed dienst als martelkamer (in sommige martelkamers hingen nog schoolborden), terwijl in andere lokalen cellen waren gemaakt van bakstenen en hout. In de meeste lokalen hingen nu foto’s of fotocollages van alle mensen die in deze gevangenis zijn geweest. Het museum had de beschikking over deze foto’s doordat de Rode Khmer alles wilde vastleggen en documenteren en daarom van elke gevangene een aantal foto’s had gemaakt voordat zij de gevangenis binnen gingen (en later ook foto’s maakten tijdens en na de martelingen). We zijn wel drie uur in het museum geweest en vonden het zo indrukwekkend!! De foto’s maakten het ontzettend heftig en zorgde ervoor dat je je heel goed kon inleven in de verschrikkingen die (nog maar!) veertig jaar geleden in Cambodja plaatsvonden.

Nadat we het museum hadden verlaten, hebben we allebei met een naar gevoel in ons buik geluncht en zijn we met de tuktuk naar Choeung Ek gereden, de killing fields ten zuiden van Phnom Penh. Choeung Ek was de plek waar gevangenen van Tuol Sleng naar toe werden gebracht en werden omgebracht. De plek zelf leek niet meer dan een boomgaard, maar de audiotour maakte pijnlijk duidelijk welke nare gebeurtenissen er op deze plek hadden plaatsgevonden. Tijdens de audiotour werd verteld over de Rode Khmer, de slachtoffers en het gebied (de gebouwen die er ooit stonden, de massagraven en de kleding en botten die, ook op de paden, maar aan de oppervlakte bleven komen). Onvoorstelbaar wat mensen elkaar kunnen aandoen! Toen we Choeung Ek weer per tuktuk verlieten, keken we ineens heel anders naar de omgeving en waren we opgelucht kinderen te zien spelen op straat wetend dat zij dit alles niet hebben meegemaakt. Maar hun ouders misschien wel. En hun grootouders zeker. Onder het regime van Pol Pot zorgde de gecombineerde effecten van dwangarbeid, ondervoeding, slechte medische zorg en executies voor de dood van ongeveer 21% van de Cambodjaanse bevolking, dat is één op de vijf Cambodjanen!! Er moeten zoveel mensen zijn die hun familie en/of vrienden zijn verloren. Het enige dat ons nog een beetje vrolijk deed stemmen was alles wat we onderweg van het Cambodjaanse leven zagen. Veel huizen (geen sloppenwijken met hutjes), zeer diverse winkels , heel

Fleur Versteeg

10 chapters

16 Apr 2020

Cambodja

February 13, 2015

|

Cambodja

Nadat we onze stempels bij beide grensposten hadden gekregen en een heel mooi visum van Cambodja, stapten we 13 februari Cambodja binnen en werden we met de bus naar Phnom Penh gebracht. Helaas niet bij één van de bushaltes in het centrum, daar reed de bus voorbij, maar bij een bushalte net buiten de stad. En dit was niet zonder reden. De busorganisatie had bij die halte namelijk tuktuks staan, waarmee ze ons voor 6 dollar extra (weer terug) naar het centrum konden brengen. Uiteindelijk helemaal niet erg, want zo kon je lekker om je heen kijken. Na ongeveer een half uurtje kwamen we aan bij ons guesthouse, waar ik, nadat we net hadden ingecheckt, ontdekte dat ik mijn telefoon niet had. Shit, ik wist precies waar die was, hij lag nog in de bus in het vakje dat in de stoel voor me zat!! Na niet lang aarzelen besloten we gauw geld te pinnen en een tuktuk naar de halte terug te nemen, al wisten we niet precies waar het was. Het kostte ons uiteindelijk anderhalf uur (!) om te pinnen en met de tuktuk bij de halte te komen en met elke minuut die verstreek verloren we meer hoop dat we mijn telefoon nog terug zouden vinden. En ja hoor, geluksvogels die we zijn, vinden we de halte, staat de bus er nog, wordt er gauw gebeld door een meneer bij het kantoortje naar de schoonmakers die in de bus zijn en geeft de schoonmaker mij mijn telefoon terug.

Helemaal vrolijk stapten we weer in de tuktuk en zijn naar het guesthouse gereden, waarna we in een restaurant in de buurt hebben gegeten. Het eten was lekker maar het duurde anderhalf uur voordat we wat kregen en we kregen ook nog alleen maar de frietjes en pas een half uur later de kip, waardoor je frietjes al helemaal koud waren (en later al op, omdat je zo veel honger had). En toen we dachten dat we gewoon een verkeerd restaurant hadden gekozen, bleek dat we alle andere keren in Phnom Penh heel lang zouden moeten wachten op ons eten, zowel voor ontbijt, lunch als diner (soms meer dan twee uur voordat je één van de dingen kreeg die je besteld had). Frustrerend!

De volgende dag zijn we op tijd opgestaan en na het ontbijt lopend naar het Tuol Sleng museum gegaan (dat was maar een kwartiertje lopen van ons hotel). Het Tuol Sleng museum was vroeger een middelbare school, maar de school werd onder het regime van Pol Pot gesloten en werd een plek waar de gevangenen van de Rode Khmer werden gemarteld en gevangen gehouden. Een deel van de lokalen deed dienst als martelkamer (in sommige martelkamers hingen nog schoolborden), terwijl in andere lokalen cellen waren gemaakt van bakstenen en hout. In de meeste lokalen hingen nu foto’s of fotocollages van alle mensen die in deze gevangenis zijn geweest. Het museum had de beschikking over deze foto’s doordat de Rode Khmer alles wilde vastleggen en documenteren en daarom van elke gevangene een aantal foto’s had gemaakt voordat zij de gevangenis binnen gingen (en later ook foto’s maakten tijdens en na de martelingen). We zijn wel drie uur in het museum geweest en vonden het zo indrukwekkend!! De foto’s maakten het ontzettend heftig en zorgde ervoor dat je je heel goed kon inleven in de verschrikkingen die (nog maar!) veertig jaar geleden in Cambodja plaatsvonden.

Nadat we het museum hadden verlaten, hebben we allebei met een naar gevoel in ons buik geluncht en zijn we met de tuktuk naar Choeung Ek gereden, de killing fields ten zuiden van Phnom Penh. Choeung Ek was de plek waar gevangenen van Tuol Sleng naar toe werden gebracht en werden omgebracht. De plek zelf leek niet meer dan een boomgaard, maar de audiotour maakte pijnlijk duidelijk welke nare gebeurtenissen er op deze plek hadden plaatsgevonden. Tijdens de audiotour werd verteld over de Rode Khmer, de slachtoffers en het gebied (de gebouwen die er ooit stonden, de massagraven en de kleding en botten die, ook op de paden, maar aan de oppervlakte bleven komen). Onvoorstelbaar wat mensen elkaar kunnen aandoen! Toen we Choeung Ek weer per tuktuk verlieten, keken we ineens heel anders naar de omgeving en waren we opgelucht kinderen te zien spelen op straat wetend dat zij dit alles niet hebben meegemaakt. Maar hun ouders misschien wel. En hun grootouders zeker. Onder het regime van Pol Pot zorgde de gecombineerde effecten van dwangarbeid, ondervoeding, slechte medische zorg en executies voor de dood van ongeveer 21% van de Cambodjaanse bevolking, dat is één op de vijf Cambodjanen!! Er moeten zoveel mensen zijn die hun familie en/of vrienden zijn verloren. Het enige dat ons nog een beetje vrolijk deed stemmen was alles wat we onderweg van het Cambodjaanse leven zagen. Veel huizen (geen sloppenwijken met hutjes), zeer diverse winkels , heel

veel kids in schooluniformen (de school was net uit) die ondeugend naar ons lachten, ouders met baby’s op hun arm, ouderen op de veranda, kippen en koeien in de tuin, etc.

Na een korte nacht slapen zijn we de volgende ochtend vanuit Phnom Penh met de bus naar Kampot gereden, een plaatsje ten zuiden van Phnom Penh, vlakbij de kust. In Kampot hebben we wat door het stadje gelopen, zijn we naar de markt geweest, hebben langs de rivier gewandeld en een tempel bekeken. In ons hotel hadden we een tour geboekt voor diezelfde middag, de ‘sunset and firefly cruise’. We vertrokken om 17.00 uur met de boot en hadden echt een heel mooie zonsondergang vanaf de rivier waarbij de zon langzaam achter de bergen verdween. We zagen zelfs nog vliegende vissen! We voeren tot het pikdonker was en zagen ineens in een boom kleine flikkeringen (vuurvliegjes!). En ondanks dat de we de vuurvliegjes in minder grote getalen hebben gezien dan we verwacht hadden (wij hadden een soort

zwerm verwacht) en de vuurvliegjes in de boom een beetje op van die knipperende kerstverlichting leken, was het heel gaaf om ze gezien te hebben.

De volgende dag zijn we vanuit Kampot met een minivan naar Sihanoukville gereden. En mini was ie! We zaten twee uur lang met 13 mensen opgepropt (letterlijk helemaal tegen elkaar aan) in een veel te warme niet geairconditionde auto. Toen we uitstapten, wisten we gelukkig meteen waar we heen moesten (Pep had van te voren opgezocht in welke straat ons guesthouse zat). Toen we eindelijk bijna boven aan de heuvel waren met onze zware tassen, al zeker een minuut in de straat van ons guesthouse liepen en we al ruim voorbij de plek waren die op google maps stond gemarkeerd, was het guesthouse in geen velden of wegen te bekennen en ook niemand in de omgeving kon ons verder helpen. Na wat ronddwalen in andere

(parallelle) straten, zijn we wanhopig in een Italiaans restaurant gaan zitten om wat te eten en om daar via wifi op te zoeken waar ons guesthouse kon zijn. Daar werden we helaas niet veel wijzer van, maar we hadden gelukkig wel weer een volle buik na een heerlijke pizza. Pep besloot de straat, zonder tas, nog een keer in te lopen om te kijken of het misschien toch niet nog verder was. En ja hoor, we hadden nog een klein stukje door moeten lopen en dan waren we er tegenaan gelopen (alhoewel het bord zo klein was dat we er misschien alsnog overheen hadden gekeken). Na een heerlijke koele douche zijn we naar het strand gegaan.

De tweede dag in Sihanoukville zijn we naar het Ream National Park geweest, waar we met rangers over de rivier door het mangrovebos voeren, een jungletocht hebben gemaakt, een heerlijke lunch op de boot kregen en uiteindelijk aan het eind van de middag via een dorpje en een stuk jungle bij een strand kwamen waar we nog even lekker

konden zwemmen. Het vreemde aan het Ream National Park was, dat ondanks dat het beschermd natuurgebied was, vissers mochten vissen en vissershuisjes mochten bouwen, er op verschillende plekken afval lag (waar de rangers zich geen zorgen over maakten) en dat een Chineze zakenman een groot stuk van het park had gekocht (een deel dat aan het strand lag) om een groot resort te bouwen.

De volgende ochtend moesten we vroeg op want we zouden om 09.00 uur met de boot naar het eiland Koh Rong varen. We stonden al om 08.00 uur op de pier aangezien we gelezen hadden dat er meer kaarten worden verkocht dan dat er zitplekken zijn en je anders ruim twee uur op de boot moet staan. Omdat we zo vroeg waren, waren wij zeker van een zitplek, maar ook alle andere mensen konden gelukkig zitten. Op Koh Rong heb je een druk strand en een aantal rustige stranden en wij hadden een beachbungelow geboekt op één van de

rustige stranden, Sok San Beach. De verschillende stranden zijn alleen via boten bereikbaar, aangezien het eiland uit dichte jungle bestaat. Toen we aankwamen bij ons strand werden we meteen enthousiast. Wat was het hier mooi!!! Nergens waren wegen of paden en slenterend door het zand kwamen we aan bij de Sok San Beach Bungalows, waar we, nadat we de sleutel van ons huisje hadden gekregen, meteen onze bikini en zwembroek uit de tas trokken en zijn gaan zwemmen. De twee en een halve dag en drie nachten dat we er waren, waren geweldig!! Het dorpje, de beperkte stroom (alleen van 17.00 tot 02.00), het (bijna) niet hebben van wifi, de koude douche, de strandstoelen van bamboe, de bungalow, de hondjes, het eten, de blauwe zee, het witte strand, de palmbomen, de wind, de regen en het onweer ’s nachts, heerlijk!!

Nou was ik helaas wel even ziek in ons paradijsje (de eerste nacht en de dag erna). Toen was het wel jammer dat er geen stroom was en geen airco of fan om een beetje af te koelen. Toch was er soms een beetje wind doordat er geen ramen in het huisje zaten en veel kieren waren (heerlijk) waardoor het soms lekker doorwaaide, hoewel de wind avonds wel ging liggen. Overdag konden we gelukkig weer lekker afkoelen door te zwemmen en werden we belaagd door één van de hondjes daar, een puppy! Ze ging de eerste dag meteen al bij ons zitten en kwam ons later ook steeds weer opzoeken. Ook ’s nachts sliep ze bij ons op de veranda op een kussen in de stoel, zo schattig! We noemde haar Vlinder. Wat was het lastig om afscheid van haar te nemen! Ik had haar zo graag mee willen nemen, maar gelukkig speelde ze, een paar minuten nadat we haar een laatste aai gaven, vrolijk met de andere honden op het eiland.

Nadat we met de boot waren aangekomen in Sihanoukville, zijn we na de lunch, met een bus naar het vliegveld gebracht, vanwaar we naar Siem Reap zijn gevlogen. Hier hadden we drie nachtjes in een guesthouse in het centrum van de stad geboekt. We kwamen aan het begin van de avond aan.

Onze eerste dag in Siem Reap hebben we fietsen gehuurd (voor 1 dollar per fiets per dag) en zijn we naar Angkor gefietst, een gebied vol ruïnes van oude steden en tempels uit het oude Khmerrijk, waarvan wij drie tempels hebben gezien. We hebben een soort rondje gefietst, maar natuurlijk lang niet alles gezien, Angkor beslaat wel 400 km²! Wij zijn eerst naar Angkor Wat gefietst, later naar Angkor Tom, waar de Bayon tempel ligt, daarna naar Ta Phrom en kwamen rond zonsondergang weer langs Angkor Wat.

Angkor Wat was echt heel mooi! Het is bizar hoeveel er nog over is van een tempel die zo lang geleden gebouwd is (tussen 1113 en 1145) en wat een details er te zien waren. In steen gehakte gebeurtenissen uit de geschiedenis, boeddha’s, mooie vrouwen, bloemen, echt van alles. Het was snikheet, maar gelukkig was er in de tempel veel schaduw en ook tijdens het fietsen (we fietsten door bebost gebied) fietsten we meestal in de schaduw.

Toen we onder de zuidelijke poort van Angkor Tom fietsten (heel gaaf), kwamen we na een paar minuten al bij de Bayon tempel. Een tempel met waanzinnig veel torens (waar er vroeger nog veel meer van waren) met aan vier zijden van de torens het gezicht van boeddha. Ook deze tempel had op de muren veel mooie details.

De derde tempel die wij hebben gezien, Ta Phrom, was weer compleet anders. De tempel was vergroeid met de natuur. Overal stonden bomen, was begroeiing en liepen de wortels door de muren heen, wat

er echt heel bijzonder uit zag! Na een drankje zijn we op de terugweg weer langs Angkor Wat gefietst en zijn we naar de achterkant van de tempel gegaan om de zon achter de torens te zien verdwijnen. Totaal hebben we die dag 30 tot 40 kilometer gefietst en toen we eenmaal thuis waren en hadden avond gegeten zijn we vroeg naar bed gegaan.

De tweede dag in Siem Reap hebben we bijna de hele dag in onze hotelkamer doorgebracht om alle dingen die we nog moesten doen, en al zo lang hadden uitgesteld, te doen (zoals het schrijven van een motivatiebrief voor de master (Fleur), werken aan verschillende websites (Pep), het uitzoeken van foto’s, belangrijke mailtjes versturen en/of beantwoorden, ons blog van Zuid-Vietnam afmaken, etc.). Er waren weinig andere bezienswaardigheden in de stad dus deze dag was helemaal prima zo en de dag erna vlogen we alweer via Bangkok naar Phuket in Zuid-Thailand.

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.