Onze wereldreis

Pas toen we onze voeten buiten het vliegtuig zetten, beseften we dat we echt 6 maanden lang (180 dagen!) gaan reizen. Met backpacks op onze rug en Eastpaks op onze buik gingen we vol moed met de trein van het vliegveld naar het centrum van Bangkok.

Eenmaal aangekomen zochten we in de Lonely Planet een wijk met hotels binnen ons budget en waar het openbaar vervoer vlakbij was. We kwamen uit bij de wijk Siam, wat een wijk bleek te zijn met grote shopping malls, ambassades en gigantische gebouwen. Na (letterlijk) uren lopen hadden we nog steeds geen hotel gevonden voor een redelijke prijs en zijn we met de taxi (heeeerlijk koel en eindelijk die loodzware tassen af) naar Kao San Road gereden. Wat een verschil met Siam! Hier waren leuke marktkraampjes, restaurantjes, grote neon borden en overal hotels en guesthouses. Na een half uur hadden we ons plekkie al gevonden: Rambuttri House, een hotel in een hele gezellige straat naast Kao San Road, waar we een eigen schone slaapkamer met airco hadden en een gedeelde douche en wc voor 550 baht per nacht (ongeveer 14 euro).

Na een frisse douche en twee uurtjes slapen hebben we even op het balkon van het hotel gestaan, uitkijkend op de drukke straat, de mensen en restaurantjes. Wat een bijzonder gevoel was dat, nog geen dag geleden stonden we op Schiphol en nu waren we aan de andere kant van de wereld, in een totaal andere cultuur en hadden we geen idee hoe de komende zes maanden er uit zou gaan zien! We did it, na zeker twee jaar te hebben geroepen dat we een wereldreis zouden maken na onze bachelor zijn we echt hier!

Die avond hebben we nog lekker in de omgeving van het hotel rondgekeken, Thaise curry en gegrilde kip gegeten in het restaurantje tegenover het hotel en natuurlijk Thais Chang bier gedronken. Vlak voor het slapengaan hebben we nog uitgezocht wat we de komende dagen zouden gaan doen.

De tweede dag hebben we het hotel nog twee nachtjes kunnen bijboeken en zijn we op tempeltour geweest: Wat Phra Kaew (in combinatie met het koninklijk paleis), Wat Pho en Wat Arun. De kledingvoorschriften waren in alle drie de tempels behoorlijk streng (lange broek of lange rok en een shirt dat de schouders bedekt). Nou had ik wel expres mijn lange rok meegenomen (die ik over mijn broekje heen kon doen), maar had ik een hemdje aan (dom!) en had Pep wel een T-shirt aan maar een te korte broek (net over zijn knieën maar niet tot aan zijn enkels). Dus zowel Pep als ik moesten bij de

Fleur Versteeg

10 chapters

16 Apr 2020

Noord- en Centraal-Thailand

January 21, 2015

|

Thailand

Pas toen we onze voeten buiten het vliegtuig zetten, beseften we dat we echt 6 maanden lang (180 dagen!) gaan reizen. Met backpacks op onze rug en Eastpaks op onze buik gingen we vol moed met de trein van het vliegveld naar het centrum van Bangkok.

Eenmaal aangekomen zochten we in de Lonely Planet een wijk met hotels binnen ons budget en waar het openbaar vervoer vlakbij was. We kwamen uit bij de wijk Siam, wat een wijk bleek te zijn met grote shopping malls, ambassades en gigantische gebouwen. Na (letterlijk) uren lopen hadden we nog steeds geen hotel gevonden voor een redelijke prijs en zijn we met de taxi (heeeerlijk koel en eindelijk die loodzware tassen af) naar Kao San Road gereden. Wat een verschil met Siam! Hier waren leuke marktkraampjes, restaurantjes, grote neon borden en overal hotels en guesthouses. Na een half uur hadden we ons plekkie al gevonden: Rambuttri House, een hotel in een hele gezellige straat naast Kao San Road, waar we een eigen schone slaapkamer met airco hadden en een gedeelde douche en wc voor 550 baht per nacht (ongeveer 14 euro).

Na een frisse douche en twee uurtjes slapen hebben we even op het balkon van het hotel gestaan, uitkijkend op de drukke straat, de mensen en restaurantjes. Wat een bijzonder gevoel was dat, nog geen dag geleden stonden we op Schiphol en nu waren we aan de andere kant van de wereld, in een totaal andere cultuur en hadden we geen idee hoe de komende zes maanden er uit zou gaan zien! We did it, na zeker twee jaar te hebben geroepen dat we een wereldreis zouden maken na onze bachelor zijn we echt hier!

Die avond hebben we nog lekker in de omgeving van het hotel rondgekeken, Thaise curry en gegrilde kip gegeten in het restaurantje tegenover het hotel en natuurlijk Thais Chang bier gedronken. Vlak voor het slapengaan hebben we nog uitgezocht wat we de komende dagen zouden gaan doen.

De tweede dag hebben we het hotel nog twee nachtjes kunnen bijboeken en zijn we op tempeltour geweest: Wat Phra Kaew (in combinatie met het koninklijk paleis), Wat Pho en Wat Arun. De kledingvoorschriften waren in alle drie de tempels behoorlijk streng (lange broek of lange rok en een shirt dat de schouders bedekt). Nou had ik wel expres mijn lange rok meegenomen (die ik over mijn broekje heen kon doen), maar had ik een hemdje aan (dom!) en had Pep wel een T-shirt aan maar een te korte broek (net over zijn knieën maar niet tot aan zijn enkels). Dus zowel Pep als ik moesten bij de

Wat Phra Kaew, tegen borg, kledingstukken lenen (een blouse voor mij en een broek voor Pep waarin hij liever niet gefotografeerd wilde worden, hahahaha). Bij Wat Pho kreeg je een soort dunne badjas en bij Wat Arun moest ik vanwege mijn blote schouders een sjaaltje huren voor 20 baht (ongeveer 50 cent). De Wat Phra Kaew en Wat Pho waren beiden heel mooi. De Wat Arun, die aan de andere kant van de rivier stond, was niet zo mooi (daarvan stond een groot deel in de steigers omdat die gerenoveerd wordt), maar toch nog gaaf omdat je die via hele steile trappen (doodeng!) kon beklimmen waardoor je uitzicht had over de stad. Vanaf de Wat Arun zijn we met een ferry teruggegaan naar de overkant, waar we lekker (maar héél scherp) hebben gegeten langs het water.


De derde dag (mijn verjaardag) hebben we in een recordaantal vervoersmiddelen gezeten om naar de drijvende markten in Maeklong te gaan, ongeveer 70 kilometer van Bangkok. We stapten al om 08.30 uur ons hotel uit maar kwamen pas om 15.00 uur aan bij de Amphawa floating market door de taxi, trein, ferry, nog een trein en een jeep te nemen!

Eenmaal aangekomen liepen we door een markt naar het water, waar we ongeveer 10 bootjes met marktwaar zagen dobberen. We konden ons niet voorstellen dat dit de drijvende markt was, dus liepen verder, maar konden geen andere bootjes ontdekken. Bleken die 10 bootjes dé Amphawa floating market te zijn! Omdat het al zo laat was en we diezelfde dag gewoon terug moesten naar Bangkok, konden we stom genoeg ook niet meer naar één van de andere drijvende markten in Maeklong.


We liepen daarom terug naar de drijvende markt en zagen verschillende boten liggen waarmee je een tour kon maken over het water. We stapten aan boord en zijn zo blij dat we dat gedaan hebben!! Deze tocht maakten alle uren reizen en de teleurstellend kleine drijvende markt weer goed. Drie kwartier lang mooie natuur, huizen op palen, tempels langs het water, de zon die op het water scheen, een koele wind en ten slotte de drijvende markt voor maar 50 Baht per persoon (iets meer dan 1 euro).

Toen we weer aan land waren, hebben we nog kipspiesjes gekocht op de markt (super lekker!) en een kaartje voor een minivan naar Bangkok weten te bemachtigen. Met de minivan kwamen we 1 uur en 45 minuten later weer aan in Bangkok (helemaal door elkaar gerammeld door de vele hobbels in de weg en de hoge snelheid). We werden alleen wel in een heel ander deel van Bangkok afgezet dan de wijk waar ons hotel lag, hahahaha. Dus een skytrain en een tuktuk later zijn weer bij Khao San Road aangekomen (rond 21.00 uur). We hebben toen dichtbij ons hotel een heel mooi restaurant gevonden, een soort lounge, waar we heerlijk hebben gegeten en mojito’s hebben gedronken voor mijn verjaardag!

Lang zal ze leven, lang zal ze leven, lang zal ze leven in de gloriaaa!

Zaterdag 24 januari zijn we om 19.30 uur met de nachttrein naar Chiang Mai vertrokken, ongeveer 750 kilometer ten noorden van Bangkok. Het was al donker toen we vertrokken (de zon gaat hier rond 18.30 onder), dus konden jammer genoeg niet meer naar buiten kijken. We hadden die avond nog niet gegeten, dus hebben eten in de trein besteld. Ze maken dat voor je klaar in een keuken in de trein en een uur na vertrek komen ze het bij je brengen, helemaal super! Direct nadat we klaar waren met eten, werden de bedden in de coupé uitgeklapt (zodat er een soort eenpersoons stapelbedden ontstonden) en die (super luxe) voor je werden opgemaakt. De lampen in de trein gingen ‘s nachts niet uit, maar je kon gelukkig wel de gordijnen dichtdoen die voor je bed hingen. Zo kon je je afsluiten van de rest van de coupé en sliep je in een soort hutje.

We hebben die nacht ondanks de lekkere bedjes maar een paar uur kunnen slapen, het was namelijk heel koud met de airco! Mijn dikke trui, pyjamabroek en de deken die we hadden gekregen, konden niet baten. Voordeel was dat we allebei al wakker waren voor de zon opkwam en zo de zonsopgang in pyjama vanuit het raampje van Pepijns bed, het onderste bed (vanuit ons eigen hutje, haha), konden bekijken.

Nadat we ons ontbijt letterlijk op bed kregen geserveerd, duurde het niet lang meer voor we aankwamen in Chiang Mai (rond 10.00 uur).

Toen we in Chiang Mai waren, hebben we de taxi genomen naar het noordoosten van het oude centrum (waar volgens verschillende boekingssites en de Lonely Planet veel goedkope hotels waren) en hebben drie nachtjes geslapen in het eerste hotel dat we tegen kwamen: V.I.P. House. Het was een heel simpel hotel en niet erg schoon (anders dan de naam doet vermoeden), maar er was een warme douche, de kamer was koel en het kostte ons maar 350 Baht per nacht (ongeveer 9 euro). We hadden de kamer gelukkig al gezien voordat we hem bij de receptie geboekt hadden (we hadden even gevraagd of we hem mochten zien), dus wisten wat we konden verwachten, maar toen we er eenmaal onze spullen neer hadden gezet, merkte we pas hoe oud en vies alles was. We waren op dat moment zo blij dat we onze lakenzakken bij ons hadden!

Nadat we even hadden gedoucht in het hotel en lekker hadden geluncht, zijn we diezelfde middag nog met een jeep naar de Doi Suthep tempel geweest. Doi Suthep ligt bovenop een berg, waar je na de jeeptocht nog met een lange trap naar boven moet voor je er bent. Vanaf de tempel, die midden in het groen ligt, heb je uitzicht op Chiang Mai. De tempel zelf was mooi, maar werd pas echt gaaf toen we door een deur gingen en op een soort (verborgen) binnenplaats terecht kwamen waar echt alles van goud leek en volop schitterde in de zon. Na alle glitter en glamour zijn we weer met een jeep naar beneden gereden en lieten ons afzetten bij de Huay Kaew waterval. Niet super mooi, maar lekker verfrissend en we hadden nog geen zin om al weer terug te gaan naar het hotel. Na een uurtje zijn we teruggelopen van de waterval naar ons hotel (ongeveer 10 kilometer). Dit was heerlijk! In Bangkok kon dat vanwege de hitte en het klamme weer écht niet, maar in Chiang Mai was het koeler en minder vochtig waardoor we lopend veel grotere afstanden konden afleggen en niet steeds een tuktuk of taxi moesten nemen. ’s Avonds zijn we nog naar de avondmarkt geweest en hebben onze ogen uitgekeken naar alle verschillende souvenirs (hebben er overigens geen gekocht, hahaha) en al het lekkere eten.

De tweede dag in Chiang Mai wilden we graag naar het Elephant Nature Park, een heel mooi park midden in de jungle waar olifanten worden opgevangen die mishandeld zijn en in de toeristenindustrie gewerkt hebben. Ik was hier de vorige keer dat ik in Thailand was al met mijn ouders, broertje en zusje geweest en vond dit toen zó leuk, dat ik er absoluut weer heen wilde samen met Pepijn! Pep en ik waren daarom de eerste dag al naar het kantoor van het Elephant Nature Park geweest, maar de dagtour voor de volgende dag en de dag erna was al volgeboekt. We konden de volgende ochtend nog wel langskomen om te kijken of er annuleringen waren.

Die waren er helaas niet. De tweede dag in Chiang Mai zag er daarom wat anders uit dan gehoopt, maar we hebben alsnog een hele leuke dag gehad! We hebben die middag fietsen gehuurd (voor 50 Baht per fiets, iets meer dan een euro) en de halve stad door gecrossed. Meteen ook de praktische dingen geregeld door naar het station te fietsen om kaartjes te kopen voor de nachttrein van Chiang Mai naar Ayutthaya (waar we geen kaartjes meer konden kopen met een bed, maar nog wel kaartjes konden kopen voor twee stoelen naast elkaar in een coupé zonder airco) en door een dagtrip te boeken voor de volgende dag: mountainbiken en kajakken in de vallei/jungle dicht bij Chiang Mai. We zijn die middag door allemaal verschillende wijken gefietst en wel meer dan twintig tempels tegengekomen (er schijnen meer dan 300 tempels te zijn in Chiang Mai!), waarvan we er twee hebben bekeken. Na de fietstocht zijn we lekker neergeploft bij een bar en hebben onszelf verwend met cocktails.

Onze derde dag in Chiang Mai werden we al om 08.30 uur opgehaald met een jeep voor de mountainbike en kajaktrip. Na een korte instructie over het kajakken en na het passen van zwemvesten en handschoentjes op het kantoortje van het bedrijf zijn we met de jeeps (en de fietsen op het dak) naar de Mae Ngat vallei gereden. We hebben ongeveer 2 of 3 uur gefietst door de rijst-, ui-, maïs- en tabaksplantages en door kleine (boeren)dorpjes en zijn tussendoor naar een tempel en een kleine lokale markt geweest (waar we heerlijke kippetjes hebben gegeten). Het laatste stukje van de tocht werden de fietsen weer op de auto getild en zijn we naar de rivier gereden waar de kajaks al in het water lagen. De rivier was vanwege het droge seizoen erg kalm waardoor de tocht meer leek op kanoën dan kajakken (behalve dat er stroming was waardoor je zachtjes werd meegevoerd en je soms een rare twist maakte). Toch was het kajakken heel leuk: lekker dobberen door een kronkelende rivier terwijl je

midden in de jungle bent en heel soms een teken van de bewoonde wereld ziet (een huisje, een vissersbootje, een boer met waterbuffels). Na de tocht waren we behoorlijk moe, hebben lekker gegeten en zijn we terug naar het hotel gegaan.

De laatste dag in Chiang Mai was een chilldagje: lekker uitgeslapen, was opgehaald en een heerlijke Thaise massage gehad. Om 17.30 zijn we met de trein naar Ayutthaya vertrokken.

Toen we de volgende ochtend aankwamen in Ayutthaya waren we helemaal gaar. We hadden tijdens de treinreis geen bedden, konden niet lekker zitten in de stoelen en het was opnieuw ijskoud in de trein (ook al was er in deze coupé geen airco). Dit kwam doordat de meeste raampjes niet dicht konden waardoor het erg tochtte en het in het noorden van Thailand ’s nachts tot 15 graden afkoelt.

Eenmaal uit de trein gestapt, zochten we op het station kluisjes om onze backpacks in te stoppen zodat we Ayutthaya konden bekijken en gingen op zoek naar een douche (in Thailand is er op veel stations en zelfs in sommige restaurants een douche op het toilet). Helaas konden we geen van beiden vinden. Dan maar op zoek naar een hotelkamer die we voor een dag konden huren. Helemaal chagrijnig van de hitte, vermoeidheid en zware tassen gingen we op zoek naar een goedkoop maar wel betrouwbaar uitziend hotel. Hotel nummer 1 was veel te duur (1000 Baht!) en nadat we ergens wanhopig waren neergeploft, bedachten we dat we ook gewoon verder konden reizen met de trein. Het was nog een uur naar Don Muang in Bangkok, waar we voor die avond een hotel hadden geboekt. Nu konden we alleen maar hopen dat we vroeg zouden kunnen inchecken, zodat we onze tassen kwijt zouden kunnen, zouden kunnen douchen en weer terug konden gaan naar Ayutthaya.

Als dit plan zou werken, zouden we aan het begin van de middag al weer terug zijn in Ayutthaya. And....we did it! En het was zo mooi! Heel anders dan alles wat we al hadden gezien in Thailand. Van stadsmuren, enorme tempels, een boeddhahoofd verstrengeld in boom en velen boeddha’s zonder hoofd tot boeddha’s die nog heel waren en waarvan er één zelfs nog gouden lippen had! De tempels lagen soms wel kilometers van elkaar vandaan waardoor je je kon voorstellen hoe groot de stad ooit geweest was. Ayutthaya was meer dan 400 jaar lang (van 1350 tot 1757) hét middelpunt van Thailand en nu waren daar alleen nog de ruïnes van over. Helemaal onder de indruk zijn we aan het eind van de dag weer teruggegaan naar ons hotel in Bangkok, waar we al om 04.30 de wekker hebben moeten zetten om om 07.00 uur naar Vietnam te vliegen.

Share your travel adventures like this!

Create your own travel blog in one step

Share with friends and family to follow your journey

Easy set up, no technical knowledge needed and unlimited storage!

Contact:
download from App storedownload from Google play

© 2024 Travel Diaries. All rights reserved.