Eindeloze valleien, diepgroene bergtoppen en miljoenen jaren aan Incageschiedenis: als één van de zeven wereldwonderen staat Machu Picchu al lang op mijn bucketlist. Helaas ben ik niet de enige. Om het meeste uit mijn bezoek te halen ga ik op zoek naar een authentieke ervaring, zonder de hordes aan toeristen.
Paula van de Kamp
Voorzichtig plaats ik mijn voet op de volgende glibberige trede en hijs ik mezelf omhoog. “Zijn we er al?” galmt een irritant stemmetje door mijn hoofd. Het stof van de rugzak snijdt dieper en dieper in mijn nek. Ik kijk om me heen en zie dat het fenomenale uitzicht van enkele minuten geleden is ingeruild voor een dikke laag mist. De hoogte valt me zwaar, in combinatie met de drie liter water op mijn rug, lijkt mijn lichaam minder te kunnen verdragen dan normaal. Gelukkig is daar mijn trouwe reisgenoot die me de moed weer in praat en de rugzak van me overneemt. Zo vrij als een vogel trek ik een sprintje omhoog.
Langzaam verdwijnt de mist en komt het einde van onze klim in zicht. Ik gebaar naar mijn vriendin dat ze de rugzak ergens in de bosjes moet verstoppen en maak een mentale aantekening nooit meer met zoveel water op pad te gaan. Samen klimmen we hoopvol de laatste treden omhoog. Het uitzicht liet even op zich wachten, maar zodra we voet zetten op het drieduizend meter hoge plateau, kijken we onze ogen uit. We worden omringd door 360 graden aan groene valleien, met als hoogtepunt in de verte het wereldberoemde Incadorp: Machu Picchu. En die toeristen? Die zijn even helemaal nergens te bekennen.
Gelegen temidden van een tropisch regenwoud in Peru, in de buurt van stad Cuzco, ligt het grootste historische meesterwerk uit de tijd van de Inca’s: Machu Picchu. Omringd door de veilige muren van de Andes, is het gespaard gebleven tijdens de Spaanse verovering van Zuid-Amerika. Het resultaat? Eén van de best bewaarde Inca-ruïnes allertijden, die pas in de twintigste eeuw werd herontdekt. Wie de voormalige inwoners waren en wat de stad als precieze functie had, is tot op heden onduidelijk. Wegens de afgelegen ligging zijn wetenschappers ervan overtuigd dat het iets speciaals geweest moet zijn. Het feit dat we het misschien wel nooit zullen weten, draagt bij aan het mystieke, wat dit wereldwonder zo bijzonder maakt.
Machu Picchu werd na haar ontdekking al snel opgenomen in de Werelderfgoedlijst van UNESCO, waarna een breder publiek zijn intrede maakte. Hoewel het voor de eerste bezoekers, de echte pioniers, alleen nog te voet te bereiken was, zijn er inmiddels verschillende treinverbindingen actief die je vanuit het Inca-stadje Ollantaytambo naar het dichterbij gelegen Aguas Calientes brengen. De voormalige geheime stad groeit uit tot één van de grootste toeristische trekpleisters ter wereld, met alle gevolgen van dien. In juli 2017 grijpt de Peruaanse overheid in. Er worden nieuwe bezoekersregelingen ingesteld die reizigers verdeelt over twee groepen en ervoor zorgen dat de aantallen niet uit de hand lopen. Het doel: de toeristen op een gecontroleerde manier door het park begeleiden om te voorkomen dat deze magische bezienswaardigheid aan de drukte ten onder gaat.
Wie vandaag de dag op zoek gaat naar een authentieke ervaring komt al snel bij de Inca Trail uit: een vierdaagse trekking die je via de bergtoppen van de Andes naar de ruïnes van Machu Picchu brengt. Ik heb mijn bezoek gepland in februari, de enige maand van het jaar dat het pad gesloten is voor onderhoud, en moet helaas op zoek naar een alternatief. Mijn oog valt op de Montaña Machu Picchu, een klim van zo’n drie uur die je 650 meter de hoogte in brengt. Het uitzicht op het tegenovergelegen Waynapicchu schijnt veelbelovend te zijn: een ware ansichtkaart. In combinatie met de fysieke uitdaging, lijkt dit een mooie kans om meer uit mijn bezoek te halen dan de gemiddelde toerist die het park betreedt. En dat is precies waar ik op uit ben!
Licht gespannen en nog half in slaap stappen we in de bus. Al kronkelend van de ene naar de andere haarspeldbocht stijgen we naar grotere hoogtes, met dezelfde snelheid als de zon opkomt. Het is klokslag zes uur als we op onze bestemming arriveren. Pal voor mijn neus worden de toegangspoorten van het park geopend en nog voordat een rij zich weet te vormen, zet ik mijn eerste stappen op het heilige terrein. Enkele meters verder begint het te regenen en even vrees ik dat het picture perfect uitzicht aan mij voorbij zal gaan. Maar dan trekken beetje bij beetje de wolken weg en verschijnt de wereldberoemde vallei in mijn vizier, met haar spitse toppen, groene terrassen, graaiende lama’s en nog beter: zonder hordes aan toeristen. Vroeg het park betreden heeft zo zijn voordelen!
Om zeven uur opent de Montaña Machu Picchu zijn poorten. Met een klein groepje enthousiaste reizigers beginnen we aan de klim. Al snel verspreiden we ons over het dichtbegroeide pad, de één sneller dan de ander. Totdat er om ons heen geen mens meer te bekennen is. Dan is het tijd om even te pauzeren, op adem te komen en al dit natuurschoon rustig in ons op te nemen. Met iedere meter die we stijgen, laten we het imposante uitzicht steeds verder achter ons. Eenmaal gearriveerd op het eindpunt ploffen we neer met een diepe zucht. We hebben het gehaald! Ik draai een rondje om mijn as en voel een intens gevoel van geluk opkomen. Waar ik voorheen nog twijfelde of een bezoek aan Machu Picchu wel de moeite waard zou zijn, weet ik nu dat dit een ervaring is die ik nooit van mijn leven had willen missen.
Niet alleen de glibberige stenen maken de klim uitdagend, ook de hoogte vraagt fysiek veel van ons. De tocht naar beneden lijkt gelukkig soepeler te verlopen. Op een enkel gevalletje van bijna mijn evenwicht verliezen na. Hoe verder we dalen, hoe meer puffende reizigers we tegenkomen die net vol moed aan de tocht beginnen. Een glimlach verschijnt op hun gezicht als we ze vertellen dat het bikkelen meer dan beloond zal worden. Vol enthousiasme vertellen we over al het moois dat hen nog te wachten staat. Van binnen gloeit er wat in mij. Een gevoel van geluk. Geluk dat wij daar zo vroeg, als eerste de berg op klommen. Niet exact wat de echte pioniers deden, maar het komt in de buurt.
Van verre uitzichten en verlaten paden naar rijen voor een selfie en opstoppingen tussen de ruïnes. We verlaten het terrein van de Montaña Machu Picchu en betreden het park dat we ’s ochtends nog zo leeg en verlaten achter ons lieten. De temperatuur is inmiddels flink gestegen en de regenponcho’s kunnen de tas weer in. Het liefst lopen we rechtstreeks naar de uitgang, we hebben het grootste avontuur immers allang beleefd. Maar dan zegt een stemmetje vanbinnen dat we toch nog even de ruïnes in moeten gaan, samen met die honderden andere toeristen. Het contrast is groot. Heel groot. Enkele uren geleden stonden we nog alleen boven aan de top, nu delen we het park met ieder ander. Zouden zij dit bezoek ook zo magisch ervaren?
Moe en voldaan verlaten we het park, al denkend aan een bezoek aan mijn opa en oma, nog voordat ik uit Nederland vertrok. Daar bladerde ik door een fotoalbum van hun reis naar Machu Picchu, zo’n 35 jaar geleden. Een tijd waarin dit wereldwonder, en haar omgeving, nog niet was aangetast door het massatoerisme dat volgde. Een tijd waarin je ongestoord, zonder toeristisch ruis op de achtergrond, op ontdekking kon gaan. Aguas Calientes was te zijner tijd niet meer dan een enkel hotel te midden een verlaten vallei. Inmiddels is deze toegangspoort tot Machu Picchu uitgegroeid tot een waar toeristisch paradijs, vol souvenirshops, marktjes en restaurants.
We stappen in de trein en laten het pittoreske bergstadje achter ons. Het is een rit die je niet alleen van A naar B brengt, maar je ook nog eens verwent met indrukwekkende uitzichten en een heerlijk kopje cocathee. Onze tocht brengt ons terug naar het paradijselijk Cuzco, een stad waar het voormalige Inca-leven op iedere hoek van de straat terug te vinden is. We struinen verder door de Sacred Valley en verdiepen ons in die glorieuze Incatijd, met als hoogtepunt natuurlijk die ene heilige stad. Verstopt tussen groen woud en bedekt onder een dik pak wolken, beleven wij de mystiek van Machu Picchu, zoals ik alleen maar had durven dromen.
Wil je zelf ok de Machu Picchu bezoeken? Zo bereid je je goed voor!
Machu Picchu ligt in de groene bergen van de Andes, op ongeveer 80 kilometer ten noordwesten van Cusco. Vanuit Cusco reis je met de trein of bus naar Aguas Calientes (ook bekend als Machu Picchu Pueblo) en vervolgens per bus naar de ingang van het park. Een andere optie is om de Inca Trail te bewandelen, een klassieke meerdaagse trektocht die begint bij kilometer 82 van de spoorlijn Cusco - Machu Picchu. Naast de Inca Trail zijn er andere trektochten die leiden naar Machu Picchu, zoals de Salkantay Trek, Lares Trek en de Inca Jungle Trail. Elk biedt een unieke ervaring met verschillende landschappen en moeilijkheidsgraden. Lees je daarover goed in zodat je de trail kiest die bij je past.
Om je goed voor te bereiden op een bezoek aan Machu Picchu, zijn hier enkele tips:
Een bezoek aan Machu Picchu is een onvergetelijke ervaring die wat planning vereist, maar de beloning van het verkennen van deze oude wonderen en adembenemende landschappen is absoluut de moeite waard.
Fan van Zuid-Amerika? Bekijk onze verzamelpagina voor meer reisinspiratie!
Voeg eenvoudig verhalen toe aan je dagboek in onze online editor of app
Voeg je afbeeldingen toe en kies je pagina-indelingen
Deel je reis in realtime zonder gedoe!